Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. aantikken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aantikken (Nederlands) in het Zweeds

aantikken:

aantikken werkwoord (tik aan, tikt aan, tikte aan, tikten aan, aangetikt)

  1. aantikken (kloppen; tikken; aankloppen)
    knacka
    • knacka werkwoord (knackar, knackade, knackat)

Conjugations for aantikken:

o.t.t.
  1. tik aan
  2. tikt aan
  3. tikt aan
  4. tikken aan
  5. tikken aan
  6. tikken aan
o.v.t.
  1. tikte aan
  2. tikte aan
  3. tikte aan
  4. tikten aan
  5. tikten aan
  6. tikten aan
v.t.t.
  1. heb aangetikt
  2. hebt aangetikt
  3. heeft aangetikt
  4. hebben aangetikt
  5. hebben aangetikt
  6. hebben aangetikt
v.v.t.
  1. had aangetikt
  2. had aangetikt
  3. had aangetikt
  4. hadden aangetikt
  5. hadden aangetikt
  6. hadden aangetikt
o.t.t.t.
  1. zal aantikken
  2. zult aantikken
  3. zal aantikken
  4. zullen aantikken
  5. zullen aantikken
  6. zullen aantikken
o.v.t.t.
  1. zou aantikken
  2. zou aantikken
  3. zou aantikken
  4. zouden aantikken
  5. zouden aantikken
  6. zouden aantikken
diversen
  1. tik aan!
  2. tikt aan!
  3. aangetikt
  4. aantikkende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

aantikken [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. aantikken
    trummande; knackande

Vertaal Matrix voor aantikken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knackande aantikken kloppen
trummande aantikken geroffel; getrommel
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knacka aankloppen; aantikken; kloppen; tikken tikken; tikken op