Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Vertaal beschaamdheid

Vertaal beschaamdheid van Nederlands naar Zweeds

Overzicht

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

beschaamdheid:
- skamhet; skamkänsla
beschaamd:
- skamset; blyg; blygt
Wiktionary:
- beschaamd → skamsen

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beschaamdheid (Nederlands) in het Zweeds

beschaamdheid:

beschaamdheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de beschaamdheid (schaamte; schaamtegevoel)
skamhet; skamkänsla
- skamhet zelfstandig naamwoord
- skamkänsla [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor beschaamdheid:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
skamhet	beschaamdheid; schaamte; schaamtegevoel
skamkänsla	beschaamdheid; schaamte; schaamtegevoel

Verwante woorden van "beschaamdheid":

beschaamd

beschaamd:

beschaamd bijvoeglijk naamwoord

beschaamd
skamset; blyg; blygt
- skamset bijvoeglijk naamwoord
- blyg bijvoeglijk naamwoord
- blygt bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor beschaamd:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blyg	beschaamd	eenkennig; eenzelvig; introvert; mensenschuw; teruggetrokken
blygt	beschaamd	bedeesd; beschroomd; bleu; eenkennig; eenzelvig; introvert; kopschuw; mensenschuw; schroomvallig; schuchter; schuw; teruggetrokken; timide; verlegen
skamset	beschaamd

Verwante woorden van "beschaamd":

beschaamdheid

Wiktionary: beschaamd

Cross Translation:

From	To	Via
• beschaamd	→ skamsen	↔ ashamed — feeling shame or guilt