Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bijdragen:
  2. bijdrage:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bijdragen (Nederlands) in het Zweeds

bijdragen:

bijdragen werkwoord (draag bij, draagt bij, droeg bij, droegen bij, bijgedragen)

  1. bijdragen
    medverka; bidraga
    • medverka werkwoord (medverkar, medverkade, medverkat)
    • bidraga werkwoord (bidrar, bidrog, bidragit)
  2. bijdragen (meehelpen)
    hjälpa till; hjälpa; assistera
    • hjälpa till werkwoord (hjälper till, hjälpte till, hjälpt till)
    • hjälpa werkwoord (hjälpar, hjälpade, hjälpat)
    • assistera werkwoord (assisterar, assisterade, assisterat)
  3. bijdragen (iets in te brengen hebben; inbrengen)
    bidra till
    • bidra till werkwoord (bidrar till, bidrog till, bidragit till)

Conjugations for bijdragen:

o.t.t.
  1. draag bij
  2. draagt bij
  3. draagt bij
  4. dragen bij
  5. dragen bij
  6. dragen bij
o.v.t.
  1. droeg bij
  2. droeg bij
  3. droeg bij
  4. droegen bij
  5. droegen bij
  6. droegen bij
v.t.t.
  1. heb bijgedragen
  2. hebt bijgedragen
  3. heeft bijgedragen
  4. hebben bijgedragen
  5. hebben bijgedragen
  6. hebben bijgedragen
v.v.t.
  1. had bijgedragen
  2. had bijgedragen
  3. had bijgedragen
  4. hadden bijgedragen
  5. hadden bijgedragen
  6. hadden bijgedragen
o.t.t.t.
  1. zal bijdragen
  2. zult bijdragen
  3. zal bijdragen
  4. zullen bijdragen
  5. zullen bijdragen
  6. zullen bijdragen
o.v.t.t.
  1. zou bijdragen
  2. zou bijdragen
  3. zou bijdragen
  4. zouden bijdragen
  5. zouden bijdragen
  6. zouden bijdragen
diversen
  1. draag bij!
  2. draagt bij!
  3. bijgedragen
  4. bijdragend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bijdragen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hjälpa hulpverlenen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
assistera bijdragen; meehelpen assisteren; bijspringen; bijstaan; handreiken; helpen; ondersteunen; seconderen; weldoen
bidra till bijdragen; iets in te brengen hebben; inbrengen
bidraga bijdragen bijdoen; bijsluiten; bijvoegen; erbij voegen; toevoegen
hjälpa bijdragen; meehelpen assisteren; avanceren; behulpzaam zijn; bijspringen; bijstaan; gedienstig zijn; handreiken; helpen; meedenken; meehelpen; ondersteunen; promoten; seconderen; weldoen
hjälpa till bijdragen; meehelpen gerieven
medverka bijdragen meedoen; meespelen

Verwante woorden van "bijdragen":


Wiktionary: bijdragen


Cross Translation:
FromToVia
bijdragen bidraga; bidra contribute — to give something, that is or becomes part of a larger whole

bijdragen vorm van bijdrage:

bijdrage [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de bijdrage (lidmaatschapsgeld; contributie)
    medlemsavgift
  2. de bijdrage (jaarlijkse contributie)
    årligt bidrag; årlig donation; årliga bidrag
  3. de bijdrage (inbreng; aandeel)
    kontingent

Vertaal Matrix voor bijdrage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kontingent aandeel; bijdrage; inbreng
medlemsavgift bijdrage; contributie; lidmaatschapsgeld
årlig donation bijdrage; jaarlijkse contributie
årliga bidrag bijdrage; jaarlijkse contributie
årligt bidrag bijdrage; jaarlijkse contributie

Verwante woorden van "bijdrage":


Verwante definities voor "bijdrage":

  1. het aandeel dat je ergens in hebt1
    • we vragen een financiële bijdrage voor Afrika1