Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bijzijn:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bijzijn (Nederlands) in het Zweeds

bijzijn:

bijzijn [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het bijzijn (aanwezigheid; tegenwoordigheid)
    bevittning; i närvarande av

Vertaal Matrix voor bijzijn:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bevittning aanwezigheid; bijzijn; tegenwoordigheid
i närvarande av aanwezigheid; bijzijn; tegenwoordigheid

Wiktionary: bijzijn


Cross Translation:
FromToVia
bijzijn närvaro présenceexistence d’une personne dans un lieu donner.