Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. drogen:
  2. droge:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor drogen (Nederlands) in het Zweeds

drogen:

drogen werkwoord (droog, droogt, droogde, droogden, gedroogd)

  1. drogen (droogmaken; afdrogen)
    torka av
    • torka av werkwoord (torkar av, torkade av, torkat av)
  2. drogen (opdrogen)
    torka ut; torka upp
    • torka ut werkwoord (torkar ut, torkade ut, torkat ut)
    • torka upp werkwoord (torkar upp, torkade upp, torkat upp)
  3. drogen (doen drogen)
    torka
    • torka werkwoord (torkar, torkade, torkat)

Conjugations for drogen:

o.t.t.
  1. droog
  2. droogt
  3. droogt
  4. drogen
  5. drogen
  6. drogen
o.v.t.
  1. droogde
  2. droogde
  3. droogde
  4. droogden
  5. droogden
  6. droogden
v.t.t.
  1. heb gedroogd
  2. hebt gedroogd
  3. heeft gedroogd
  4. hebben gedroogd
  5. hebben gedroogd
  6. hebben gedroogd
v.v.t.
  1. had gedroogd
  2. had gedroogd
  3. had gedroogd
  4. hadden gedroogd
  5. hadden gedroogd
  6. hadden gedroogd
o.t.t.t.
  1. zal drogen
  2. zult drogen
  3. zal drogen
  4. zullen drogen
  5. zullen drogen
  6. zullen drogen
o.v.t.t.
  1. zou drogen
  2. zou drogen
  3. zou drogen
  4. zouden drogen
  5. zouden drogen
  6. zouden drogen
en verder
  1. is gedroogd
  2. zijn gedroogd
diversen
  1. droog!
  2. droogt!
  3. gedroogd
  4. drogend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor drogen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
torka droogheid; droogte
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
torka doen drogen; drogen
torka av afdrogen; drogen; droogmaken afvegen; afwissen
torka upp drogen; opdrogen opdweilen
torka ut drogen; opdrogen dehydreren

Verwante woorden van "drogen":


Wiktionary: drogen


Cross Translation:
FromToVia
drogen torka dry — to make dry
drogen torka trocknen — (transitiv) etwas, das nass ist, trocken machen; Feuchtigkeit entziehen
drogen torka trocknen — (intransitiv) vom nassen in den trockenen Zustand übergehen; Feuchtigkeit verlieren

droge:

droge bijvoeglijk naamwoord

  1. droge
    torr; torrt
    • torr bijvoeglijk naamwoord
    • torrt bijvoeglijk naamwoord

droge [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het droge
    torrt land

Vertaal Matrix voor droge:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
torrt land droge
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
torr droge droog; leukweg; muf; oubakken; oud; oudbakken; plat; schraal; schriel; verschaald
torrt droge bar; droog; droogjes; leukweg; muf; onbegroeid; oubakken; oud; oudbakken; plat; regenarm; schraal; schriel; verschaald

Verwante woorden van "droge":


Wiktionary: droge


Cross Translation:
FromToVia
droge torr dry — free from liquid or moisture

Verwante vertalingen van drogen