Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. dwang:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor dwang (Nederlands) in het Zweeds

dwang:

dwang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de dwang (pressie; druk)
    tryck; pression
    • tryck [-ett] zelfstandig naamwoord
    • pression zelfstandig naamwoord
  2. de dwang (tucht; discipline; onderwerping; gehoorzaamheid; orde)
    disciplin; beslutsamhet; ordning

Vertaal Matrix voor dwang:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beslutsamhet discipline; dwang; gehoorzaamheid; onderwerping; orde; tucht beslistheid; fermheid; kordaatheid; pertinentie; stelligheid; vastberadenheid
disciplin discipline; dwang; gehoorzaamheid; onderwerping; orde; tucht
ordning discipline; dwang; gehoorzaamheid; onderwerping; orde; tucht aaneenschakeling; bestel; keurigheid; netheid; onberispelijkheid; opeenvolging; ordelijkheid; samenstel
pression druk; dwang; pressie
tryck druk; dwang; pressie afdruk; afdrukken; bedrukking; benadrukking; drukken; drukking; drukwerk; gedrukt stuk; print
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tryck bedrukt; gedrukt; met een opdruk

Wiktionary: dwang


Cross Translation:
FromToVia
dwang betvingande; tvång coercion — actual or threatened force for the purpose of compelling action by another person
dwang tvång; tryck Zwang — innerer oder äußerer Druck, etwas zu tun
dwang tvång; utmätning contrainteviolence qu’on exercer contre quelqu’un, pour l’obliger à faire quelque chose malgré lui ou pour l’empêcher de faire ce qu’il vouloir.
dwang börda; onus servitude — Contrainte.

Verwante vertalingen van dwang