Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. eigentijds:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor eigentijds (Nederlands) in het Zweeds

eigentijds:

eigentijds bijvoeglijk naamwoord

  1. eigentijds (hedendaags; modern)
    nutida; aktuellt; aktuell; modernt

Vertaal Matrix voor eigentijds:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aktuellt eigentijds; hedendaags; modern actueel; actuele; bijdetijds; huidig; modern; momenteel; tegenwoordig; van vandaag
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aktuell eigentijds; hedendaags; modern actueel; bijdetijds; huidig; modern; momenteel; tegenwoordig; van vandaag
modernt eigentijds; hedendaags; modern contemporain; flitsend; hedendaagse; hip; in de mode; modern; modieus; mondain; nieuwerwets; snel; trendy; vlot; werelds
nutida eigentijds; hedendaags; modern

Verwante woorden van "eigentijds":

  • eigentijdsheid, eigentijdse

Wiktionary: eigentijds


Cross Translation:
FromToVia
eigentijds samtida contemporary — from the same time period
eigentijds nutida contemporary — modern
eigentijds nutida; modern modern — pertaining to the current time and style