Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Vertaal gewaad

Vertaal gewaad van Nederlands naar Zweeds

Overzicht

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

gewaad:
- kläder; klädslar; utstyrslar; klädsel; dräkt; garderob; beklädnad
waden:
- vada
Wiktionary:
- gewaad → klänning
- waden → vada

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gewaad (Nederlands) in het Zweeds

gewaad:

gewaad [het ~] zelfstandig naamwoord

het gewaad (kleren; tenue)
kläder; klädslar; utstyrslar
- kläder zelfstandig naamwoord
- klädslar zelfstandig naamwoord
- utstyrslar zelfstandig naamwoord
het gewaad (jurk; robe)
klädsel; dräkt; garderob; kläder; beklädnad
- klädsel [-en] zelfstandig naamwoord
- dräkt [-en] zelfstandig naamwoord
- garderob [-en] zelfstandig naamwoord
- kläder zelfstandig naamwoord
- beklädnad [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor gewaad:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
beklädnad	gewaad; jurk; robe	binnenbekleding; kledingstuk; voering
dräkt	gewaad; jurk; robe	livrei; rokbeschermer
garderob	gewaad; jurk; robe	garderobe; klerenkast; vestiaire
kläder	gewaad; jurk; kleren; robe; tenue	doeken; goed; kledij; kleding; kleertjes; kleren; lappen; plunje; tenue
klädsel	gewaad; jurk; robe	aandoen; aankleden; aantrekken; bekleding; kleden; stoffeerderij; stoffering
klädslar	gewaad; kleren; tenue
utstyrslar	gewaad; kleren; tenue

Wiktionary: gewaad

Cross Translation:

From	To	Via
• gewaad	→ klänning	↔ dress — garment

gewaad vorm van waden:

waden werkwoord (waad, waadt, waadde, waadden, gewaad)

waden
vada
- vada werkwoord (vadar, vadade, vadat)

Conjugations for waden:

o.t.t.

waad
waadt
waadt
waden
waden
waden

o.v.t.

waadde
waadde
waadde
waadden
waadden
waadden

v.t.t.

heb gewaad
hebt gewaad
heeft gewaad
hebben gewaad
hebben gewaad
hebben gewaad

v.v.t.

had gewaad
had gewaad
had gewaad
hadden gewaad
hadden gewaad
hadden gewaad

o.t.t.t.

zal waden
zult waden
zal waden
zullen waden
zullen waden
zullen waden

o.v.t.t.

zou waden
zou waden
zou waden
zouden waden
zouden waden
zouden waden

diversen

waad!
waadt!
gewaad
wadend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor waden:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
vada	waden	in de hoogte spuiten; opspuiten

Verwante woorden van "waden":

wad

Wiktionary: waden

Cross Translation:

From	To	Via
• waden	→ vada	↔ wade — to walk through water or something that impedes progress
• waden	→ vada	↔ waten — (intransitiv) im Wasser oder auf nachgebendem Untergrund langsam gehen, wobei die Beine bei jedem Schritt nacheinander angehoben werden
• waden	→ vada	↔ patauger — marcher dans une eau bourbeux.

Verwante vertalingen van gewaad