Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gezwollenheid:
  2. gezwollen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gezwollenheid (Nederlands) in het Zweeds

gezwollenheid:


gezwollen:

gezwollen bijvoeglijk naamwoord

  1. gezwollen (opgezwollen; opgezet; opgeblazen)
    uppsvullen; uppsvullet
  2. gezwollen (bombastisch; hoogdravend; pompeus; opgeblazen)
    svulstig; bombastisk

Vertaal Matrix voor gezwollen:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bombastisk bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus
svulstig bombastisch; gezwollen; hoogdravend; opgeblazen; pompeus grootsprakig
uppsvullen gezwollen; opgeblazen; opgezet; opgezwollen
uppsvullet gezwollen; opgeblazen; opgezet; opgezwollen

Verwante woorden van "gezwollen":


Wiktionary: gezwollen


Cross Translation:
FromToVia
gezwollen uppsvullen; svulstig turgid — distended beyond natural state