Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. granieten:
  2. graniet:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor granieten (Nederlands) in het Zweeds

granieten:

granieten bijvoeglijk naamwoord

  1. granieten
    granit artad

Vertaal Matrix voor granieten:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
granit artad granieten granietachtig

Verwante woorden van "granieten":


granieten vorm van graniet:

graniet [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het graniet (hardsteen)
    kalksten; slags sandsten

Vertaal Matrix voor graniet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kalksten graniet; hardsteen kalksteen
slags sandsten graniet; hardsteen

Verwante woorden van "graniet":


Wiktionary: graniet

graniet
noun
  1. een stollingsgesteente bestaande uit lichtgekleurde, met het blote oog onderscheidbare mineralen.

Cross Translation:
FromToVia
graniet granit Granit — Gestein aus Feldspat, Quarz und Glimmer, das besonders hart ist