Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gros:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gros (Nederlands) in het Zweeds

gros:

gros [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het gros (grootste deel; merendeel; meerderheid)
    största delen

Vertaal Matrix voor gros:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
största delen grootste deel; gros; meerderheid; merendeel

Verwante woorden van "gros":

  • grossen

Wiktionary: gros


Cross Translation:
FromToVia
gros gross gross — twelve dozen

Verwante vertalingen van gros