Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. menige:
  2. menig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor menige (Nederlands) in het Zweeds

menige:

menige bijvoeglijk naamwoord

  1. menige (veelvoudig; verscheidene; menigerlei; velerlei)
    mångfaldig

Vertaal Matrix voor menige:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mångfaldig menige; menigerlei; veelvoudig; velerlei; verscheidene

Verwante woorden van "menige":


menige vorm van menig:

menig bijvoeglijk naamwoord

  1. menig
    många
    • många bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor menig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- menigeen; veel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
många menig

Verwante woorden van "menig":


Wiktionary: menig


Cross Translation:
FromToVia
menig mången manchals Adjektiv gebraucht: eine in Zahl unbestimmte Menge
menig många nombreux — Qui être en grand nombre ; qui former d’un grand nombre d’éléments.