Nederlands

Uitgebreide vertaling voor nietszeggend (Nederlands) in het Zweeds

nietszeggend:

nietszeggend bijvoeglijk naamwoord

  1. nietszeggend (hol; inhoudsloos; leeg)
    tomt; meningslös; meningslöst; intetsägande; betydelselöst; innehållslös; innehållslöst
  2. nietszeggend (triviaal; onbelangrijk; futiel; )
    oviktigt; betydelslöst; obetydlig; obetydligt; meningslöst; trivial; oviktig; trivialt
  3. nietszeggend (uitdrukkingsloos; leeg; wazig; glazig; wezenloos)
    uttrycklöst; uttrycklös

Vertaal Matrix voor nietszeggend:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
obetydlig achterlijke; dommerik; dwaas; idioot; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; simpele ziel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
betydelselöst hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend nutteloos; zinloos; zonder nut
betydelslöst futiel; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinigzeggend
innehållslös hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend inhoudsloos; leeg; luchtledig; vacuum
innehållslöst hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend inhoudsloos; leeg; luchtledig; vacuum
intetsägande hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend
meningslös hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend ijdel; nutteloos; onbeduidend; onzinnig; vruchteloos; zinledig; zinloos; zonder nut
meningslöst futiel; hol; inhoudsloos; leeg; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinigzeggend ijdel; nutteloos; onbeduidend; onzinnig; vruchteloos; zinledig; zinloos; zonder nut
obetydlig futiel; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinigzeggend bescheiden; beuzelachtig; gering; luttel; marginaal; miniem; minimaal; minste; nietig; onaanzienlijk; onbetekenend; weinig
obetydligt futiel; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinigzeggend bescheiden; beuzelachtig; gering; klein; luttel; marginaal; miniem; minimaal; minste; nietig; onaanzienlijk; onbetekenend; ondermaats; van geringe afmeting; weinig
oviktig futiel; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinigzeggend
oviktigt futiel; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinigzeggend
tomt hol; inhoudsloos; leeg; nietszeggend blanco; ijdel; inhoudsloos; ledig; leeg; loos; luchtledig; onbeschreven; onbezet; ongevuld; oningevuld; vacuum; zonder inhoud
trivial futiel; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinigzeggend alledaags; eenvoudig; gewoon; niets bijzonders; ordinair
trivialt futiel; nietsbetekenend; nietszeggend; onbeduidend; onbelangrijk; onbenullig; onbetekenend; triviaal; weinigzeggend alledaags; eenvoudig; gewoon; niets bijzonders; ordinair
uttrycklös glazig; leeg; nietszeggend; uitdrukkingsloos; wazig; wezenloos
uttrycklöst glazig; leeg; nietszeggend; uitdrukkingsloos; wazig; wezenloos

Verwante woorden van "nietszeggend":

  • nietszeggendheid, nietszeggende

Wiktionary: nietszeggend


Cross Translation:
FromToVia
nietszeggend banal banal — (figuré) Qui se met à la disposition de tout le monde.