Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ontaarde:
  2. ontaard:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ontaarde (Nederlands) in het Zweeds

ontaarde:

ontaarde [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. ontaarde (gedegenereerde)
    degenerera

Vertaal Matrix voor ontaarde:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
degenerera gedegenereerde; ontaarde
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
degenerera achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verbasteren; verderven; vervormen; verworden

Verwante woorden van "ontaarde":


ontaarde vorm van ontaard:

ontaard bijvoeglijk naamwoord

  1. ontaard (gedegenereerd; slecht; bedorven)
    fördärvad; urartad
  2. ontaard (onzedelijk; onzedig; oneerbaar)
    osedligt; sedeslös; sedeslöst

Vertaal Matrix voor ontaard:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fördärvad verwildering
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fördärvad bedorven; gedegenereerd; ontaard; slecht bedorven; ontsierd; rot; rottig; slecht; vergaan; verrot; vicieus
osedligt oneerbaar; ontaard; onzedelijk; onzedig onethisch
sedeslös oneerbaar; ontaard; onzedelijk; onzedig
sedeslöst oneerbaar; ontaard; onzedelijk; onzedig
urartad bedorven; gedegenereerd; ontaard; slecht verbasterd

Verwante woorden van "ontaard":