Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ordening:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ordening (Nederlands) in het Zweeds

ordening:

ordening [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de ordening (rangschikking; arrangement; indeling; opstelling; schikking)
    rangordning; turordning; klassificering
  2. de ordening (opbouw; samenstelling; structuur; organisatie; systeem)
    byggnad; konstruktion

Vertaal Matrix voor ordening:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
byggnad opbouw; ordening; organisatie; samenstelling; structuur; systeem aanleggen; blok; bouw; bouwsector; gebouw; huis; pand; perceel; speelgoedblok
klassificering arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking classificatie; klassement; klassenverdeling; klassering; waardering
konstruktion opbouw; ordening; organisatie; samenstelling; structuur; systeem aanleggen; bouw; bouwsector; bouwsel; constructie; fabricage; frame; geraamte; opbouw; opbouwen; raamwerk; samengesteld geheel; samenstelling; skelet; structuur
rangordning arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking hiërarchie; rang; rangorde; volgorde
turordning arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking

Verwante woorden van "ordening":

  • ordeningen

Wiktionary: ordening


Cross Translation:
FromToVia
ordening organisation organization — quality of being organized
ordening recept ordonnance — Disposition des choses selon l’ordre, la convenance.