Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. penibel:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor penibel (Nederlands) in het Zweeds

penibel:

penibel bijvoeglijk naamwoord

  1. penibel (benard; zorgwekkend; kritiek; )
    riskfyllt; farlig; farligt
  2. penibel (precair; lastig; kritiek; )
    känsligt; prekärt; känslig

Vertaal Matrix voor penibel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
farligt giftigheid; venijn; venijnigheid; virulentie
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
farlig benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend bedreigend; gevaarlijk; hachelijk; onveilig; risicodragend; risicovol; riskant
farligt benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend gevaarlijk; gewaagd; hachelijk; onveilig; risicodragend
känslig delicaat; hachelijk; kritiek; lastig; netelig; penibel; precair bewogen; emotioneel; gepassioneerd; gevoelig; gevoelvol; geëmotioneerd; kregel; prikkelbaar; sensitief
känsligt delicaat; hachelijk; kritiek; lastig; netelig; penibel; precair bewogen; fijngevoelig; fijnzinnig; gepassioneerd; gevoelig; gevoelvol; geëmotioneerd; kregel; prikkelbaar; sensitief; teerbesnaard; teergevoelig; vatbaar
prekärt delicaat; hachelijk; kritiek; lastig; netelig; penibel; precair
riskfyllt benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend

Verwante woorden van "penibel":

  • penibele