Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. reikwijdte:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor reikwijdte (Nederlands) in het Zweeds

reikwijdte:

reikwijdte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de reikwijdte (range; bereik; verspreidingsgebied; draagwijdte)
    räckvidd; område

Vertaal Matrix voor reikwijdte:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
område bereik; draagwijdte; range; reikwijdte; verspreidingsgebied ambtsgebied; bereik; bestuursgebied; buitenwijk; buurt; cacheregio; centrum; district; emplacement; gebied; gebiedsdeel; gewest; gordel; handelswijk; klimaatgordel; luchtstreek; plein; provincie; rayon; rayon van een bedrijf; regio; ressort; rijksgedeelte; scope; sectie; sector; stadsdeel; stadskwartier; stadswijk; streek; terrein; territorium; wijk; woonwijk; zone
räckvidd bereik; draagwijdte; range; reikwijdte; verspreidingsgebied bandbreedte; bereik; vliegbereik

Wiktionary: reikwijdte


Cross Translation:
FromToVia
reikwijdte omfattning scope — breadth, depth or reach of a subject; a domain