Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. sieraden:
  2. sieraad:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor sieraden (Nederlands) in het Zweeds

sieraden:

sieraden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de sieraden (bijouterieën; juwelen)
    bijouterier; juveler
  2. de sieraden
    prydnadsmönster; ornament

Vertaal Matrix voor sieraden:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bijouterier bijouterieën; juwelen; sieraden edelstenen; geslepen edelgesteenten; glimmers; juwelen; sierstenen
juveler bijouterieën; juwelen; sieraden
ornament sieraden ornament; sieraad; sierstuk
prydnadsmönster sieraden

Verwante woorden van "sieraden":


sieraad:

sieraad [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het sieraad (juweel; bijou)
    smycken; utsmyckning
  2. het sieraad (sierstuk)
    ornament; utsmyckning

Vertaal Matrix voor sieraad:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ornament sieraad; sierstuk ornament; sieraden
smycken bijou; juweel; sieraad geslepen edelgesteenten; glimmers; juwelen
utsmyckning bijou; juweel; sieraad; sierstuk opschik; opsmuk; smuk; versiering

Verwante woorden van "sieraad":


Wiktionary: sieraad


Cross Translation:
FromToVia
sieraad smycke Geschmeidekostbare Goldschmiedearbeit, kostbarer Schmuck