Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. staal:
  2. stalen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor staal (Nederlands) in het Zweeds

staal:

staal [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de staal (specimen; monster; staaltje; )
    exemplar; föredöme; specimen
  2. de staal (ijzerlegering)
    stållegering

staal [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de staal
    stål
    • stål [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor staal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
exemplar model; monster; proefje; proeve; specimen; staal; staaltje exemplaar
föredöme model; monster; proefje; proeve; specimen; staal; staaltje
specimen model; monster; proefje; proeve; specimen; staal; staaltje
stål staal Ferro; ijzer
stållegering ijzerlegering; staal

Verwante woorden van "staal":


Wiktionary: staal


Cross Translation:
FromToVia
staal stål StahlWerkstoff: metallische Legierung, deren Hauptbestandteil Eisen ist; der Kohlenstoffgehalt liegt zwischen 0,02% und 2,06%.
staal stål steel — metal
staal stål acier — Alliage de fer et de carbone (1)
staal mönster; provbit spécimenmodèle ; échantillon.

stalen:

stalen werkwoord (staal, staalt, staalde, staalden, gestaald)

  1. stalen (harden; uitharden)
    hårdna; härda
    • hårdna werkwoord (hårdnar, hårdnade, hårdnat)
    • härda werkwoord (härdar, härdade, härdat)

Conjugations for stalen:

o.t.t.
  1. staal
  2. staalt
  3. staalt
  4. staalen
  5. staalen
  6. staalen
o.v.t.
  1. staalde
  2. staalde
  3. staalde
  4. staalden
  5. staalden
  6. staalden
v.t.t.
  1. heb gestaald
  2. hebt gestaald
  3. heeft gestaald
  4. hebben gestaald
  5. hebben gestaald
  6. hebben gestaald
v.v.t.
  1. had gestaald
  2. had gestaald
  3. had gestaald
  4. hadden gestaald
  5. hadden gestaald
  6. hadden gestaald
o.t.t.t.
  1. zal stalen
  2. zult stalen
  3. zal stalen
  4. zullen stalen
  5. zullen stalen
  6. zullen stalen
o.v.t.t.
  1. zou stalen
  2. zou stalen
  3. zou stalen
  4. zouden stalen
  5. zouden stalen
  6. zouden stalen
en verder
  1. ben gestaald
  2. bent gestaald
  3. is gestaald
  4. zijn gestaald
  5. zijn gestaald
  6. zijn gestaald
diversen
  1. staal!
  2. staalt!
  3. gestaald
  4. stalend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

stalen [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het stalen (verharden)
    hårda
    • hårda zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor stalen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hårda stalen; verharden
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
härda harden; stalen; uitharden
hårdna harden; stalen; uitharden

Verwante woorden van "stalen":


Verwante vertalingen van staal