Nederlands

Uitgebreide vertaling voor toegeven (Nederlands) in het Zweeds

toegeven:

toegeven werkwoord (geef toe, geeft toe, gaf toe, gaven toe, toegegeven)

  1. toegeven (als waar erkennen; erkennen)
    tillstå; säga saningen
    • tillstå werkwoord (tillstår, tillstod, tillstått)
    • säga saningen werkwoord (säger saningen, sa saningen, sagt saningen)
  2. toegeven (zich over geven)
    ge upp; ge sig
    • ge upp werkwoord (ger upp, gav upp, givit upp)
    • ge sig werkwoord (ger sig, gav sig, givit sig)

Conjugations for toegeven:

o.t.t.
  1. geef toe
  2. geeft toe
  3. geeft toe
  4. geven toe
  5. geven toe
  6. geven toe
o.v.t.
  1. gaf toe
  2. gaf toe
  3. gaf toe
  4. gaven toe
  5. gaven toe
  6. gaven toe
v.t.t.
  1. ben toegegeven
  2. bent toegegeven
  3. is toegegeven
  4. zijn toegegeven
  5. zijn toegegeven
  6. zijn toegegeven
v.v.t.
  1. was toegegeven
  2. was toegegeven
  3. was toegegeven
  4. waren toegegeven
  5. waren toegegeven
  6. waren toegegeven
o.t.t.t.
  1. zal toegeven
  2. zult toegeven
  3. zal toegeven
  4. zullen toegeven
  5. zullen toegeven
  6. zullen toegeven
o.v.t.t.
  1. zou toegeven
  2. zou toegeven
  3. zou toegeven
  4. zouden toegeven
  5. zouden toegeven
  6. zouden toegeven
diversen
  1. geef toe!
  2. geeft toe!
  3. toegegeven
  4. toegevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor toegeven:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ge sig toegeven; zich over geven zich overgeven
ge upp toegeven; zich over geven capituleren; de brui geven aan; ermee uitscheiden; erop achteruitgaan; geld inleveren; opgeven; ophouden; overgeven; staken; stoppen; strijd opgeven; uitleveren; uitscheiden; zich overgeven
säga saningen als waar erkennen; erkennen; toegeven
tillstå als waar erkennen; erkennen; toegeven iemand toelaten; openbaren; toelaten; zich uiten
- erkennen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ge upp brui

Synoniemen voor "toegeven":


Antoniemen van "toegeven":


Verwante definities voor "toegeven":

  1. het inzien en zeggen dat het zo is1
    • ik geef toe dat ik heb gespijbeld1
  2. je aan die neiging overgeven1
    • hij gaf toe aan de behoefte zijn ogen te sluiten1
  3. je verzet opgeven1
    • eerst wilde hij niet mee, maar later gaf hij toe1

Wiktionary: toegeven


Cross Translation:
FromToVia
toegeven bekänna; bekräfta; erkänna; medge; tillstå admit — to concede as true
toegeven erkänna; tillstå; medge concede — to admit to be true
toegeven lämna; överge abandonner — Se remettre à ; se laisser aller à ; se livrer à.
toegeven avsäga sig; överge; avgå; abdikera abdiquerrenoncer à un pouvoir que l’on exercer ; se démettre de ses fonctions.
toegeven bifoga adjoindre — À trier
toegeven tacka ja till admettrerecevoir par choix, faveur ou condescendance.
toegeven bifoga ajoutermettre en plus.
toegeven bekänna; bikta; skrifta sig confesserreconnaitre pour vrai.
toegeven överlåta; ge vika; ge efter céder — Laisser, abandonner une chose à quelqu’un.
toegeven ansluta; bifoga joindreapprocher deux choses l’une contre l’autre, en sorte qu’elles se toucher ou qu’elles se tenir.
toegeven igenkänna; känna igen reconnaitre — Se remettre dans l'esprit l'idée etc., quand on vient à le revoir ou à l'entendre. (Sens général)
toegeven backa; rygga; baklänges reculertirer ou pousser un objet en arrière.