Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. toelages:
  2. toelage:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor toelages (Nederlands) in het Zweeds

toelages:

toelages [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de toelages (tegemoetkomingen)
    bidrag; tillägg; tilldelningar

Vertaal Matrix voor toelages:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bidrag tegemoetkomingen; toelages contributies; inzending
tilldelningar tegemoetkomingen; toelages toewijzingen
tillägg tegemoetkomingen; toelages aanbouw; aanhangsel; aanhangsels; aanvullen; aanvullende voorstellen; aanvulling; addenda; addendum; amendementen; appendix; bijtelling; bijvoegsel; bijvoegsels; diverse toeslagen; invoegtoepassing; inzetstuk; optelling; samentelling; som; supplement; supplementen; suppletie; toeleggingen; toeslag; toevoeging; toevoegingen; toevoegsel; toevoegsels; uitbouw
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tillägg extra; toegevoegd

Verwante woorden van "toelages":


toelage:

toelage [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de toelage (subsidie; tegemoetkoming)
    underhåll

Vertaal Matrix voor toelage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
underhåll subsidie; tegemoetkoming; toelage alimentatie; alimentaties; behoud; handhaving; kost; onderhoud; onderhoudsgeld; verpleging; verzorging; voedsel; zorg

Verwante woorden van "toelage":


Wiktionary: toelage


Cross Translation:
FromToVia
toelage subsidier subventionsecours d’argent, subside exiger ou accordé pour subvenir dans un cas pressant à une dépense imprévue de l’État.