Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. tucht:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tucht (Nederlands) in het Zweeds

tucht:

tucht [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de tucht (discipline; onderwerping; gehoorzaamheid; orde; dwang)
    disciplin; beslutsamhet; ordning

Vertaal Matrix voor tucht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beslutsamhet discipline; dwang; gehoorzaamheid; onderwerping; orde; tucht beslistheid; fermheid; kordaatheid; pertinentie; stelligheid; vastberadenheid
disciplin discipline; dwang; gehoorzaamheid; onderwerping; orde; tucht
ordning discipline; dwang; gehoorzaamheid; onderwerping; orde; tucht aaneenschakeling; bestel; keurigheid; netheid; onberispelijkheid; opeenvolging; ordelijkheid; samenstel