Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vals (Nederlands) in het Zweeds

vals:

vals bijvoeglijk naamwoord

  1. vals (onecht; bedriegelijk; nagemaakt; onwaar; gefingeerd)
    falsk; falskt
    • falsk bijvoeglijk naamwoord
    • falskt bijvoeglijk naamwoord
  2. vals (slecht; gemeen; min)
    dåligt; dum; otrevlig; dumt; otrevligt
  3. vals (verraderlijk)
    förrädisk; lömskt; svekfull; förrädiskt; svekfullt
  4. vals (met slechte intentie; slecht; gemeen; kwaadwillig)
    falsk; elak; lågt; med onda avsikter; falskt; elakt
  5. vals (verraderlijk; gevaarlijk)
    förrädisk
  6. vals (schurkachtig; gemeen; gluiperig; boosaardig; boefachtig)
    rakare; skurkigt
  7. vals (valselijk; ten onrechte)
    falskt; med orätt

Vertaal Matrix voor vals:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rakare harker
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dum gemeen; min; slecht; vals achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; dwaas; geesteloos; gek; hersenloos; idioot; lullig; maf; onbenullig; onbezonnen; onnozel; onverstandig; onzinnig; stompzinnig; stupide; verstandeloos
dumt gemeen; min; slecht; vals achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; dwaas; geesteloos; gek; hersenloos; idioot; lullig; maf; onbenullig; onbezonnen; onnozel; onverstandig; onzinnig; stom; stompzinnig; stupide; suf; verstandeloos
dåligt gemeen; min; slecht; vals aan een ziekte lijdend; achterbaks; arm; banaal; bekaaid; boosaardig; er bekaaid afkomen; geniepig; gluiperig; in het geniep; inferieur; laag; malicieus; minderwaardig; ondermaats; ondeugdelijk; pover; schamel; slecht; snood; stiekem; tweederangs; verraderlijk; vuig; ziek; zwak
elak gemeen; kwaadwillig; met slechte intentie; slecht; vals gemeen; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; liederlijk; onedel; onzedelijk; verdorven; verregaand zedenloos; vicieus
elakt gemeen; kwaadwillig; met slechte intentie; slecht; vals achterbaks; doortrapt; ellende; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; hatelijk; kwalijk; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; liederlijk; listig; malheur; moeilijkheden; onedel; ongeluk; onheil; onspoed; onzedelijk; pech; ramp; rampspoed; slinks; sluw; snood; stekelig; stiekem; tegenslag; tegenspoed; terugslag; uitgekookt; verdorven; verregaand zedenloos; vicieus; vijandig
falsk bedriegelijk; gefingeerd; gemeen; kwaadwillig; met slechte intentie; nagemaakt; niet echt; onecht; onwaar; slecht; vals achterbaks; doortrapt; geaffecteerd; gehaaid; gekunsteld; gemaakt; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gewrongen; gezocht; gluiperig; in het geniep; leep; leugenachtig; listig; ondergeschoven; onnatuurlijk; onwelluidend; slinks; sluw; snood; stiekem; tweetongig; uitgekookt
falskt bedriegelijk; gefingeerd; gemeen; kwaadwillig; met slechte intentie; nagemaakt; niet echt; onecht; onwaar; slecht; ten onrechte; vals; valselijk achterbaks; doorelkaar; doortrapt; geaffecteerd; gehaaid; gekunsteld; gemaakt; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gewrongen; gezocht; gluiperig; in de war; in het geniep; leep; leugenachtig; listig; ondergeschoven; onheus; onnatuurlijk; onwaarachtig; onwelluidend; slinks; sluw; snood; stiekem; tweetongig; uitgekookt
förrädisk gevaarlijk; vals; verraderlijk trouweloos; verraderlijk
förrädiskt vals; verraderlijk perfide; trouweloos; verraderlijk
lågt gemeen; kwaadwillig; met slechte intentie; slecht; vals bedrukt; donker; dubieus; duister; gedrukt; gemeen; glibberig; laag; laag-bij-de-grond; laaghangend; laaghartig; mismoedig; moedeloos; niet hoog; obscuur; onedel; onguur; terneergeslagen; verdacht
lömskt vals; verraderlijk achterbaks; doortrapt; geniepig; gluiperig; in het geniep; listig; slinks; snood; stiekem
med onda avsikter gemeen; kwaadwillig; met slechte intentie; slecht; vals
med orätt ten onrechte; vals; valselijk abusievelijk; ten onrechte; verkeerd
otrevlig gemeen; min; slecht; vals afstotend; hinderlijk; lastig; lelijk; lelijk uitziend; naar; onaangenaam; onaantrekkelijk; onbehaaglijk; ongelegen; ongezellig; onplezierig; onverkwikkelijk; storend
otrevligt gemeen; min; slecht; vals afstotend; hinderlijk; lastig; lelijk; lelijk uitziend; naar; onaangenaam; onaantrekkelijk; onaardig; ongelegen; onhartelijk; onhebbelijk; onplezierig; onverdraagzaam; onverkwikkelijk; onvriendelijk; onwelwillend; storend
rakare boefachtig; boosaardig; gemeen; gluiperig; schurkachtig; vals
skurkigt boefachtig; boosaardig; gemeen; gluiperig; schurkachtig; vals ploerterig; smiechterig
svekfull vals; verraderlijk bedrieglijk; duister; illusoir; louche; misleidend; onbetrouwbaar; onguur; verdacht
svekfullt vals; verraderlijk bedrieglijk; duister; illusoir; louche; misleidend; onbetrouwbaar; onguur; perfide; verdacht

Verwante woorden van "vals":


Antoniemen van "vals":


Verwante definities voor "vals":

  1. boosaardig, niet te vertrouwen1
    • kom niet dicht bij die valse hond, hij bijt weleens1
  2. nagemaakt, onecht1
    • hij betaalde met vals geld1
  3. onwaar of onjuist1
    • het was weer eens vals alarm1

Wiktionary: vals


Cross Translation:
FromToVia
vals falsk; osann false — untrue, not factual, wrong
vals konstgjord false — spurious, artificial
vals falskt false — state in Boolean logic that indicates a negative result
vals falsk; förfalskad spurious — false
vals falsk falschlügen, nicht den Tatsachen entsprechend
vals falsk; svekfull falschals Charakter: verlogen
vals oäkta; falsk falschnachmachen
vals falsk falschbeim Spiel: betrügerisch

vals vorm van val:

val [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de val (hinderlaag; valstrik)
    försåt; bakhåll
  2. de val (minder worden; afname; terugloop; daling)
    nedgång; förfall; avtagande
  3. de val (teloorgang; ondergang; debacle; tenondergang)
    olycka; fördärv; undergång; nedfall; skyfall
  4. de val (terechtkomen; landing)
    falla; landa; störta
    • falla [-en] zelfstandig naamwoord
    • landa [-en] zelfstandig naamwoord
    • störta [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor val:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avtagande afname; daling; minder worden; terugloop; val achteruitgang; afzwakking; korten; krimpen; minderen; ontnemen; sluiereffect; vermindering; verval
bakhåll hinderlaag; val; valstrik
falla landing; terechtkomen; val
fördärv debacle; ondergang; teloorgang; tenondergang; val slechtheid; verdorvenheid
förfall afname; daling; minder worden; terugloop; val afrotten; decadentie; verlies van normen en waarden; verloedering; verval; verwording
försåt hinderlaag; val; valstrik
landa landing; terechtkomen; val
nedfall debacle; ondergang; teloorgang; tenondergang; val
nedgång afname; daling; minder worden; terugloop; val afnames; afrotten; afzwakking; decadentie; vermindering; verval; vervallingen; verwording
olycka debacle; ondergang; teloorgang; tenondergang; val ellende; malheur; moeilijkheden; noodlottigheid; ongeluk; ongeval; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslag; terugslagen
skyfall debacle; ondergang; teloorgang; tenondergang; val stortvloed; wolkbreuk; wolkbreuken
störta landing; terechtkomen; val tuimelen; vallen
undergång debacle; ondergang; teloorgang; tenondergang; val
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
falla buitelen; duikelen; omrollen; omvallen; omvervallen; onderuitgaan; op zijn bek gaan; ten val komen; vallen
landa aankomen op vliegveld; landen; neerkomen; op de grond komen; terechtkomen
störta kelderen; naar beneden storten; neerstorten; neervallen; op de grond vallen; steil afhellen; steil vallen; sterk in waarde dalen; stormlopen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avtagande achteruitgaand; afnemend; minderend; slinkend; tanend; verminderend; vervallend; zwemend

Verwante woorden van "val":


Verwante definities voor "val":

  1. keer dat je op de grond terechtkomt1
    • hij maakte een lelijke val van de trap1
  2. toestel om dieren mee te vangen1
    • de muis werd gevangen met een val1

Wiktionary: val


Cross Translation:
FromToVia
val fall drop — a fall
val fall fall — act of moving in gas or vacuum under the effect of gravity from a point to a lower point
val fall fall — loss of greatness or status
val fall FallPhysik: eine schnelle Abwärtsbewegung
val fall Fall — die Art und Weise des Herabhängens von Stoffen o. Ä.
val fall FallSeemannssprache: ein hängendes Tau
val förödmjukelse abaissementaction d’abaisser, de s’abaisser, ou résultat de cette action.
val fallgrop; försåt piègeinstrument, machine dissimuler dont on se servir pour prendre des animal, comme les loups, les renards, etc.

Verwante vertalingen van vals