Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. vermenigvuldigen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vermenigvuldigen (Nederlands) in het Zweeds

vermenigvuldigen:

vermenigvuldigen werkwoord (vermenigvuldig, vermenigvuldigt, vermenigvuldigde, vermenigvuldigden, vermenigvuldigd)

  1. vermenigvuldigen (verveelvoudigen)
    mångfaldiga; duplicera
    • mångfaldiga werkwoord (mångfaldigar, mångfaldigade, mångfaldigat)
    • duplicera werkwoord (duplicerar, duplicerade, duplicerat)
  2. vermenigvuldigen (voortplanten)
    fortplanta; föröka sig
    • fortplanta werkwoord (fortplantar, fortplantade, fortplantat)
    • föröka sig werkwoord (förökar sig, förökade sig, förökat sig)
  3. vermenigvuldigen (verdubbelen; reproduceren)
    dubblera; fördubbla
    • dubblera werkwoord (dubblerar, dubblerade, dubblerat)
    • fördubbla werkwoord (fördubblar, fördubblade, fördubblat)

Conjugations for vermenigvuldigen:

o.t.t.
  1. vermenigvuldig
  2. vermenigvuldigt
  3. vermenigvuldigt
  4. vermenigvuldigen
  5. vermenigvuldigen
  6. vermenigvuldigen
o.v.t.
  1. vermenigvuldigde
  2. vermenigvuldigde
  3. vermenigvuldigde
  4. vermenigvuldigden
  5. vermenigvuldigden
  6. vermenigvuldigden
v.t.t.
  1. heb vermenigvuldigd
  2. hebt vermenigvuldigd
  3. heeft vermenigvuldigd
  4. hebben vermenigvuldigd
  5. hebben vermenigvuldigd
  6. hebben vermenigvuldigd
v.v.t.
  1. had vermenigvuldigd
  2. had vermenigvuldigd
  3. had vermenigvuldigd
  4. hadden vermenigvuldigd
  5. hadden vermenigvuldigd
  6. hadden vermenigvuldigd
o.t.t.t.
  1. zal vermenigvuldigen
  2. zult vermenigvuldigen
  3. zal vermenigvuldigen
  4. zullen vermenigvuldigen
  5. zullen vermenigvuldigen
  6. zullen vermenigvuldigen
o.v.t.t.
  1. zou vermenigvuldigen
  2. zou vermenigvuldigen
  3. zou vermenigvuldigen
  4. zouden vermenigvuldigen
  5. zouden vermenigvuldigen
  6. zouden vermenigvuldigen
diversen
  1. vermenigvuldig!
  2. vermenigvuldigt!
  3. vermenigvuldigd
  4. vermenigvuldigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor vermenigvuldigen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
duplicera tweevoud
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dubblera reproduceren; verdubbelen; vermenigvuldigen
duplicera vermenigvuldigen; verveelvoudigen dupliceren; kopiëren; multipliceren; stencilen
fortplanta vermenigvuldigen; voortplanten
fördubbla reproduceren; verdubbelen; vermenigvuldigen
föröka sig vermenigvuldigen; voortplanten talrijker maken; uitbreiden; vergroten; vermeerderen
mångfaldiga vermenigvuldigen; verveelvoudigen

Wiktionary: vermenigvuldigen


Cross Translation:
FromToVia
vermenigvuldigen multiplikation multiplication — process
vermenigvuldigen multiplicera multiply — transitive: perform multiplication on (a number)