Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. vlag:
  2. vlaggen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vlag (Nederlands) in het Zweeds

vlag:

vlag [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de vlag (vaandel; banier; standaard; vendel; vaan)
    flagga
    • flagga [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor vlag:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
flagga banier; markering; standaard; vaan; vaandel; vendel; vlag markering; ruitertje
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
flagga markeren

Verwante woorden van "vlag":


Wiktionary: vlag

vlag
noun
  1. een lap stof met op vaste wijze geschikte kleuren die gevoerd wordt als symbool van een partij of natie

Cross Translation:
FromToVia
vlag fana; baner banner — flag
vlag flagga; fana flag — piece of cloth
vlag flagga flag — true-or-false variable
vlag fana Fahneübertragen; unter der Fahne von oder des/der, von der Fahne gehen: Idee, Prinzip, Motto
vlag standar; flagg; flagga drapeaupièce d’étoffe qu’on attacher à une espèce de lance, de manière qu’elle pouvoir se déployer et flotter au vent, et qui sert à donner un signal, à indiquer un point de ralliement, à distinguer la nation ou le groupement d’individus qui l’[

vlag vorm van vlaggen:

vlaggen werkwoord (vlag, vlagt, vlagde, vlagden, gevlagd)

  1. vlaggen (vendelzwaaien)
    sticka ut flaggan
    • sticka ut flaggan werkwoord (sticker ut flaggan, stack ut flaggan, stuckit ut flaggan)

Conjugations for vlaggen:

o.t.t.
  1. vlag
  2. vlagt
  3. vlagt
  4. vlaggen
  5. vlaggen
  6. vlaggen
o.v.t.
  1. vlagde
  2. vlagde
  3. vlagde
  4. vlagden
  5. vlagden
  6. vlagden
v.t.t.
  1. heb gevlagd
  2. hebt gevlagd
  3. heeft gevlagd
  4. hebben gevlagd
  5. hebben gevlagd
  6. hebben gevlagd
v.v.t.
  1. had gevlagd
  2. had gevlagd
  3. had gevlagd
  4. hadden gevlagd
  5. hadden gevlagd
  6. hadden gevlagd
o.t.t.t.
  1. zal vlaggen
  2. zult vlaggen
  3. zal vlaggen
  4. zullen vlaggen
  5. zullen vlaggen
  6. zullen vlaggen
o.v.t.t.
  1. zou vlaggen
  2. zou vlaggen
  3. zou vlaggen
  4. zouden vlaggen
  5. zouden vlaggen
  6. zouden vlaggen
diversen
  1. vlag!
  2. vlagt!
  3. gevlagd
  4. vlaggend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor vlaggen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sticka ut flaggan vendelzwaaien; vlaggen

Verwante woorden van "vlaggen":


Verwante vertalingen van vlag