Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. wiet:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor wiet (Nederlands) in het Zweeds

wiet:

wiet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de wiet (marihuana; wied; stuff; weed; hennep)
    marijuana; gräs
    • marijuana [-en] zelfstandig naamwoord
    • gräs [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. de wiet (hasjiesj; kiev; haschisch; )
    hasch; cannabis
    • hasch [-ett] zelfstandig naamwoord
    • cannabis [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor wiet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cannabis haschisch; hasj; hasjiesj; hennep; kiev; stuff; wiet
gräs hennep; marihuana; stuff; weed; wied; wiet gazon; gras; grasmat; grasperk; grasveld; mat
hasch haschisch; hasj; hasjiesj; hennep; kiev; stuff; wiet
marijuana hennep; marihuana; stuff; weed; wied; wiet

Wiktionary: wiet


Cross Translation:
FromToVia
wiet gräs grass — marijuana
wiet gräs weed — slang: marijuana