Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Zoek: tv

Nederlandse en Zweedse zoekresultaten voor: tv

Overzicht

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

tv:
- TV; television
Wiktionary:
- tv → tv-apparat, tv

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

TV:
- tv
två:
- twee
- met zijn tweeën; getweeën
Wiktionary:
- tv → televisie, tv
- TV → televisie
- två → twee
- två → half twee, twee

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tv (Nederlands) in het Zweeds

tv:

tv [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de tv
TV; television
- TV
- television

Vertaal Matrix voor tv:

Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
TV	tv
television	tv
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
television		televisie

Wiktionary: tv

Cross Translation:

From	To	Via
• tv	→ tv-apparat; tv	↔ Fernseher — Gerät zum Empfang und zur Wiedergabe von Fernsehsignalen, Gerät mit dem ferngesehen wird

Verwante vertalingen van tv

tv-programma

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor tv (Zweeds) in het Nederlands

tv:

Synoniemen voor "tv":

televisionsapparat; TV-apparat; television; burken; teve; dumburk; televisionsapparatur

Wiktionary: tv

Cross Translation:

From	To	Via
• tv	→ televisie	↔ Fernsehen — das analoge und digitale Senden, Empfangen und die Technik der Bild- und Tonübertragung im Allgemeinen
• tv	→ televisie; tv	↔ Fernseher — Gerät zum Empfang und zur Wiedergabe von Fernsehsignalen, Gerät mit dem ferngesehen wird

TV:

TV

TV (television)
de tv
- tv [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor TV:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
tv	TV; television

Wiktionary: TV

Cross Translation:

From	To	Via
• TV	→ televisie	↔ télévision — Ensemble des techniques utilisées pour transmettre des images à distance par voies hertziennes captée par une antenne ou un câble; actuellement en passage depuis l’analogique vers le numérique.

två:

två

två
twee
- twee

två bijvoeglijk naamwoord

två (båda två)
met zijn tweeën; getweeën
- met zijn tweeën bijvoeglijk naamwoord
- getweeën bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor två:

Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
twee	två
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
getweeën	båda två; två
met zijn tweeën	båda två; två

Synoniemen voor "två":

tvenne; par; ett par

Wiktionary: två

två

number

telwoord
- twee → två

Cross Translation:

From	To	Via
• två	→ half twee	↔ half past — "half past one" as example of usage in other languages
• två	→ twee	↔ two — one plus one
• två	→ twee	↔ Zwei — Mathematik: die natürliche Zahl zwischen der Eins und der Drei
• två	→ twee	↔ zwei — zwei, die Kardinalzahl zwischen eins und drei

Verwante vertalingen van tv