Zweeds
Uitgebreide vertaling voor brandhärd (Zweeds) in het Duits
brandhärd: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- brand: Feuer; Brand; Flamme; Flammenmeer; Feuermeer
- härd: Feuerstelle; Feuerungsanlage; Kaminstein; Heizvorrichtung
- hörd: gehörte
- hård: schlimm; hart; stark; roh; grob; kräftig; rauh; wild; brutal; erregt; gereizt; heftig; intensiv; gewaltsam; rüde; schroff; hitzig; gewalttätig; feurig; unsanft; inbrünstig; haarig; eisenhart; steinhart; unzart; stahlhart; eisenstark; rücksichtslos; unbarmherzig; herzlos; mitleidslos
- bränd: verbrannt
- bränna: brennen; anstecken; feuern; flammen; sengen; einbrennen; versengen; anbrennen; verbrennen; einäschern; kremieren; Abklopfen
Spelling Suggesties voor: brandhärd
- Searching for suggestions...
Wiktionary: brandhärd
brandhärd
noun
-
übertr.|: Ort/Gebiet/Region, von dem/der eine politische, wirtschaftliche Krise, ein sozialer Konflikt und/oder gewalttätige, kriegerische Auseinandersetzungen ausgehen (und sich weiterverbreiten)
-
Ort/Stelle, von dem/der ein Brand, ein größeres Feuer ausgeht (und sich weiterverbreitet)
-
Ort/Stelle, von dem/der ein Brand ausgeht (und sich weiterverbreitet)
Computer vertaling door derden:
Duits
Suggesties voor brandhärd in het Duits
Spelling Suggesties voor: brandhärd
- Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden: