Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Duits ->Zoek: lura sig

Zweedse en Duitse zoekresultaten voor: lura sig

Overzicht

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

lura sig:
- Wiktionary:
  lura sig → betrügen
  lura sig → gehen, laufen, marschieren, treten

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor lura sig (Zweeds) in het Duits

lura sig: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

lura: verführen; bestechen; verlocken; bezaubern; betören; verleiten; ködern; herauslocken; heranlocken; mitlocken; betrügen; beschwindeln; foppen; zum Narren halten; vorgeben; verarschen; täuschen; prellen; verladen; ausnehmen; irreführen; bemogeln; bescheißen; hintergehen; hereinlegen; übertölpeln; übervorteilen; beschummeln; neppen; begaunern; hinters Licht führen
avundas: beneiden; mißgönnen
brottas: drehen; kämpfen; drücken; schwingen; ringen; winden; klemmen; wringen; mit jemandem ringen
brännas: anbacken
dagas: tagen; dämmern
finnas: leben; existieren; besteht; dasein; fortbestehen; geschehen; passieren; sich ereignen
flockas: zusammendrängen
frodas: blühen; gedeihen; florieren
fäktas: fechten
förbittras: erbittern; verbittern
förenas: zusammenströmen
förfäras: grauen; entsetzen; schaudern; verabscheuen
förlängas: länger werden
förskräckas: fürchten; erschrecken
försoffas: stocken; stagnieren; gleichbleibend
förstummas: schweigen; verstummen; stillwerden
förstärkas: bekräftigen; verstärken
försämras: verblassen; abfaulen; sich verschlechtern
gnabbas: streiten; zanken; sich streiten; sich sanken
gruffas: schlagen; streiten; bekämpfen; bestreiten; balgen; sich raufen; sich duellieren; sich keilen
splittras: platzen; explodieren; zerhacken; splissen; spleißen
sprängas: platzen; explodieren; aufwirbeln; aufwehen
stegras: erheben; erhöhen; steigern; aufhöhen
stärkas: bekräftigen; verstärken
stötas: rasen; jagen; auftreiben; hasten; aufjagen

Spelling Suggesties voor: lura sig

Searching for suggestions...

Wiktionary: lura sig

lura sig

verb

(reflexiv): sich etwas vormachen
- betrügen → bedra sig; lura sig

Cross Translation:

From	To	Via
• lura sig	→ gehen; laufen; marschieren; treten	↔ marcher — Se déplacer par un mouvement alternatif des jambes ou des pattes, en ayant toujours un appui au sol.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van lura sig

Duits

Suggesties voor lura sig in het Duits

Spelling Suggesties voor: lura sig

Searching for suggestions...

Computer vertaling door derden: