Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. träd:
  2. tråd:
  3. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor tråd (Zweeds) in het Duits

trad:


Synoniemen voor "trad":


träd:

träd [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. träd
    der Baum
    • Baum [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. träd
    der Baum; die Struktur
    • Baum [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Struktur [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor träd:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Baum träd
Struktur träd byggande; bygge; byggnad; karta; konstruktion; registreringsdatafil; struct-datatyp; struktur; strukturering

Wiktionary: träd

träd
noun
  1. etwas der Struktur von [1] nachbilden
  2. etwas nach der Form von [1] herstellen, errichten, nutzen
  3. aus Wurzel, Stamm, Krone, Rinde, Ast, Zweig, Blatt, Laub bestehende Gehölzpflanze

Cross Translation:
FromToVia
träd Baum tree — large woody plant
träd Baum tree(graph theory) graph tree with no cycles
träd Baum tree(computing theory) recursive data structure
träd Baum arbre — Grand végétal
träd Baum arbre — informatique|nocat=1 Structure de données

tråd:

tråd [-en] zelfstandig naamwoord

  1. tråd (garn)
    der Faden; Garn; der Bindfaden
    • Faden [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Garn [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Bindfaden [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. tråd (garn)
    der Faden; Garn; der Bindfaden; der Zwirn; der Reihfaden
    • Faden [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Garn [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Bindfaden [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Zwirn [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Reihfaden [der ~] zelfstandig naamwoord
  3. tråd (garn)
    Streichgarn
  4. tråd
    Garn
    • Garn [das ~] zelfstandig naamwoord
  5. tråd
    Schraubengewinde; Gewinde
  6. tråd
    Fädchen; Fäserchen
  7. tråd
  8. tråd

Vertaal Matrix voor tråd:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bindfaden garn; tråd inpacknings tråd; lina; rep; snöre
Faden garn; tråd famn; lina; rep; snöre
Fädchen tråd
Fäserchen tråd
Garn garn; tråd lina; rep; snöre; tråckeltråd
Gewinde tråd
Reihfaden garn; tråd
Schraubengewinde tråd tvinnade trådar
Streichgarn garn; tråd cardad ylle
Zwirn garn; tråd
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Draht tråd
Thread tråd

Synoniemen voor "tråd":


Wiktionary: tråd

tråd
noun
  1. umgangssprachlich: Kabel
  2. die Länge an Faden, die man auf einmal auf die Nadel nimmt
  3. gesponnener Faden
  4. Pl.1
  5. dünnes biegsames Metallstück mit in der Regel rundem Profil

Cross Translation:
FromToVia
tråd Kabel cord — wires surrounded by a coating, used to supply electricity
tråd Faden; Garn; Zwirn thread — long, thin and flexible form of material
tråd Diskussionsfaden; Thread thread — (Internet): a series of messages
tråd Draht wire — thin thread of metal
tråd Faden; Garn fil — Petite partie longue et déliée

Verwante vertalingen van tråd