Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Duits ->Zoek: borta

Zweedse en Duitse zoekresultaten voor: borta

Overzicht

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

borta:
- weg; hinaus; unterwegs
Wiktionary:
- borta → los, fort
- borta → hin, futschikato, futsch, fort, abwesend, weg

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor borta (Zweeds) in het Duits

borta:

borta bijvoeglijk naamwoord

borta
weg; hinaus
- weg bijvoeglijk naamwoord
- hinaus bijvoeglijk naamwoord
borta
weg
- weg bijvoeglijk naamwoord
borta
unterwegs
- unterwegs bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor borta:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hinaus	borta
unterwegs	borta	på vägen
weg	borta	avgång; framåt; försvunnen; försvunnet

Synoniemen voor "borta":

inte hemma; försvunnen; virrig; inte här; frånvarande; förlorad; väck

Wiktionary: borta

borta

adverb

mit der Präposition „von“: weg, getrennt
- los → skild; borta
weg von einem Ort
- fort → borta; bort; undan

-
- hin → borta; tagen
umgangssprachlich: voller Begeisterung
- hin → borta; slut
drückt die Richtung zu einer bestimmten Stelle oder einem Zeitpunkt aus
- hin → förstörd; borta; -; fram; för sig själv; utmed; mot; bort
umgangssprachlich, salopp, nur prädikativ: weg, verloren gegangen, kaputt
- futschikato → borta; kaputt
salopp, nur prädikativ: fort, verloren gegangen oder kaputt
- futsch → slut; borta

Cross Translation:

From	To	Via
• borta	→ fort; abwesend; weg	↔ away — not here; gone

Verwante vertalingen van borta