Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. karta:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor karta (Zweeds) in het Duits

karta:

karta [-en] zelfstandig naamwoord

  1. karta
    die Karte; die Landkarte; der Plan
    • Karte [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Landkarte [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Plan [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. karta
    die Karte
    • Karte [die ~] zelfstandig naamwoord
  3. karta
    die Karte; die Struktur; Zuordnung

Vertaal Matrix voor karta:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Karte karta biljett; inträdesbiljett; inträdestillstånd; kort; matlista; meny; pass; spelkort; tillstånd
Landkarte karta kort; spelkort
Plan karta anfallsmål; avsikt; kladd; mål; nivå; plan; projekt; skildring; skiss; utkast; vilja; översikt
Struktur karta byggande; bygge; byggnad; konstruktion; registreringsdatafil; struct-datatyp; struktur; strukturering; träd
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Plan plan
Zuordnung karta allokering; association; koppling

Synoniemen voor "karta":


Wiktionary: karta

karta
noun
  1. eine verkleinerte, generalisierte, in der Regel maßstäbliche Darstellung der Erdoberfläche, eine visualisierte Zusammenstellung räumlichen Wissens

Cross Translation:
FromToVia
karta Landkarte map — visual representation of an area
karta Stadtplan map — city map
karta Karte; Zettel carte — vieux|fr carton léger mais résistant.

Verwante vertalingen van karta