Overzicht


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor element (Zweeds) in het Duits

element:

element [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. element (del; beståndsdel; ingrediens)
    Stück; Teil; der Bestandteil; Element; Segment; der Anteil; Teilchen
    • Stück [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Teil [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Bestandteil [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Element [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Segment [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Anteil [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Teilchen [das ~] zelfstandig naamwoord
  2. element (radiator; värmeelement; kylare på bil)
    der Kühler
    • Kühler [der ~] zelfstandig naamwoord
  3. element
    Element
    • Element [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor element:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anteil beståndsdel; del; element; ingrediens andel; arv; bit; del; deltaga; kontingent; medlemsavgift; partnerskapsandel; portion; stycke; tillväxtpapper; volym
Bestandteil beståndsdel; del; element; ingrediens kroppsdel
Element beståndsdel; del; element; ingrediens Outlook-objekt; dimensionsmedlem; faktor; medlem; objekt
Kühler element; kylare på bil; radiator; värmeelement kylanläggning; kylare; kylskåp; kylsystem
Segment beståndsdel; del; element; ingrediens bit; del; kontokodssegment; segment; sektion
Stück beståndsdel; del; element; ingrediens bit; del; duk; klimp; klump; kontingent; kupong; liten bit; liten del; portion; putstrasa; segment; sektion; skiva; skådespel; stycke; trasa; voucher
Teil beståndsdel; del; element; ingrediens bit; bygge; del; lemmar; liten del; portion; segment; sektion
Teilchen beståndsdel; del; element; ingrediens bit; del; liten del

Synoniemen voor "element":


Wiktionary: element

element
noun
  1. Teil einer Heizung, der die Wärme in einen Innenraum übertragen soll
  2. Mathematik: etwas, das in einer Menge enthalten ist
  3. meist Plural: wurde während des Dritten Reiches verwendet, herabwürdigende Bezeichnung für Menschen (LTI, Lingua Tertii Imperii)
  4. Esoterik: einer der vier Grundstoffe Erde, Feuer, Wasser und Luft
  5. Chemie: eine Klasse von Atomen gleicher Protonenzahl; ein Stoff, der chemisch nicht weiter zerlegt werden kann
  6. allgemein: Grundbestandteil, Baustein

Cross Translation:
FromToVia
element Element element — simplest or essential part or principle of anything
element Element element — alchemy: one of the four basic building blocks
element Element element — set theory: object in a set
element Bauelement element — heating element
element Element entry — term in a matrix
element Element; Urstoff; Grundstoff; Naturgewalt; Bestandteil; Baustein; Zelle élémentpartie unitaire d’un ensemble.

Verwante vertalingen van element