Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. flaska:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor flaska (Zweeds) in het Duits

flaska:

flaska [-en] zelfstandig naamwoord

  1. flaska (flakong)
    die Flasche; der Flakon
    • Flasche [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Flakon [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor flaska:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Flakon flakong; flaska
Flasche flakong; flaska fiasko; kanna; kruka; krus; odugling; tillbringare; vin flaska

Synoniemen voor "flaska":

  • helbutelj; butelj; pava

Wiktionary: flaska

flaska
noun
  1. ein Gefäß zur Aufbewahrung und zum Transport von Flüssigkeiten oder auch Gasen mit charakteristischer bauchiger, zylindrischer, quaderförmiger oder ähnlicher Form (mit Hals) aus verschiedenem Material wie Glas, Plastik, Metall, Keramik

Cross Translation:
FromToVia
flaska Flasche bottle — container used for holding liquids
flaska Flasche bottle — contents of such a container
flaska Flasche bottle — container with a rubber nipple used for giving liquids to infants
flaska Flasche; Pulle bouteille — Récipient destiné à contenir un liquide

Verwante vertalingen van flaska