Zweeds
Uitgebreide vertaling voor småäta (Zweeds) in het Duits
småäta: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- söm: Spalt; Naht; Fuge; Schweißnaht
- ta: verwenden; nehmen; erfassen; benutzen; anwenden; packen; gebrauchen; handhaben; hantieren; bekommen; holen; bringen nach; auswählen; sieben; sortieren; sichten; heraussuchen; auslesen; selektieren; herauspicken; fassen; greifen; zugreifen; anfassen; festhalten; anpacken; gefallen lassen; festgreifen; bieten lassen
- TA: TA; ISDN-TA; SDV-Empfänger; ISDN-Terminaladapter; Terminaladapter
- tå: Zeh
- äta: essen; speisen; verzehren; verspeisen; aufessen; aufzehren; ernähren; laben; erquicken; lunchen
- töa: tauen; auftauen; abtauen
Spelling Suggesties voor: småäta
- Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden:
Duits
Suggesties voor småäta in het Duits
Spelling Suggesties voor: småäta
- Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden: