Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. port:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor port (Zweeds) in het Engels

port:

port [-en] zelfstandig naamwoord

  1. port
    the big door
    • big door [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. port
    the port
    – A hardware- or software-based interface used to transfer information between a computer and other devices. Hardware ports are physical connections that are visible on the outside of the computer. Software ports are the numbered gateways in programs that software programs use to exchange information. 1
    • port [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. port
    the port
    – An actor's interface component through which actors communicate with other actors. 1
    • port [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. port (ingångsdörr; dörr; ingång)
    the gateway; the entrance gate

Vertaal Matrix voor port:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
big door port
entrance gate dörr; ingång; ingångsdörr; port
gateway dörr; ingång; ingångsdörr; port gateway
port port babord; babordssida; hamn; hamnområde
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
port porta; portera; överföra
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
entrance gate inkörsport
gateway portgång
port portvin

Synoniemen voor "port":


Wiktionary: port

port
noun
  1. doorway, opening, or passage in a fence or wall
  2. opening where a connection is made
  3. computing: logical or physical construct into and from which data are transferred

Cross Translation:
FromToVia
port entrance door EingangstürTür, durch die ein Gebäude hauptsächlich betreten werden soll
port front door Hauseingang — Eingangstür eines Hauses
port front door Haustorbreites, oft zur Einfahrt in ein Haus geeignetes Tor
port gate Pforte — kleine Tür, Eingangstor
port port port — Port informatique