Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. ruin:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor ruin (Zweeds) in het Engels

ruin:

ruin [-en] zelfstandig naamwoord

  1. ruin (människospillra; missanpassad; vrak)
    the wreck; the ruin; the derelict; the heap o rubbish; the reject; the misfit
    • wreck [the ~] zelfstandig naamwoord
    • ruin [the ~] zelfstandig naamwoord
    • derelict [the ~] zelfstandig naamwoord
    • heap o rubbish [the ~] zelfstandig naamwoord
    • reject [the ~] zelfstandig naamwoord
    • misfit [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ruin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
derelict missanpassad; människospillra; ruin; vrak
heap o rubbish missanpassad; människospillra; ruin; vrak
misfit missanpassad; människospillra; ruin; vrak förlorare; missanpassad
reject missanpassad; människospillra; ruin; vrak
ruin missanpassad; människospillra; ruin; vrak fördärv; nedfall; olycka; ruiner; skyfall; undergång
wreck missanpassad; människospillra; ruin; vrak lämningar; rester; ruiner; skeppsbrott
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
reject avböja; avslå; avsäga; avvisa; förkasta; förneka; försmå; förvägra; misstycka; neka; nerrösta; refusera; uppsäga
ruin förstöra; misslyckas; sabotera; ställa till; ta sönder; trassla
wreck bryta; förstöra; göra sönder
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
reject exkludera; kronvrak; kugga; tillbakavisa; utmönstra; vraka
ruin ruinera; ödeläggelse
wreck förlisning

Wiktionary: ruin

ruin
noun
  1. remains of destroyed construction
  2. the state of being a ruin, destroyed or decayed

Cross Translation:
FromToVia
ruin ruin ruïne — een zeer vervallen gebouw
ruin ruin; remains; hulk Ruine — teilweise eingestürztes, verfallenes oder zerstörtes Bauwerk
ruin ruin; wreck; ruination ruinedépérissement, destruction d’un bâtiment.