Overzicht
Zweeds naar Spaans: Meer gegevens...
-
starta:
- empezar; comenzar; iniciar; entrar en; emprender; arrancar; ponerse en marcha; ponerse en movimiento; despegar; activarse; poner en función; poner en marcha; prender; establecer; acondicionar; implantar; fundar; instalar; incoar; poner en movimiento; crear; formar; enfocar; introducir; encaminarse; erigir; erguir; incorporar; inicializar
- iniciar; inicio
- Starta:
-
Wiktionary:
- starta → arreglárselas
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor starta (Zweeds) in het Spaans
starta:
-
starta (börja; begynna)
empezar; comenzar; iniciar; entrar en; emprender; arrancar; ponerse en marcha; ponerse en movimiento; despegar; activarse-
empezar werkwoord
-
comenzar werkwoord
-
iniciar werkwoord
-
entrar en werkwoord
-
emprender werkwoord
-
arrancar werkwoord
-
ponerse en marcha werkwoord
-
ponerse en movimiento werkwoord
-
despegar werkwoord
-
activarse werkwoord
-
-
starta (ge sig i väg; sticka ifrån; börja)
-
starta (sparka)
arrancar; iniciar; poner en función; poner en marcha; prender-
arrancar werkwoord
-
iniciar werkwoord
-
poner en función werkwoord
-
poner en marcha werkwoord
-
prender werkwoord
-
-
starta (påbörja; initiera; sätta igång)
establecer; iniciar; acondicionar; implantar; fundar; instalar; poner en marcha; incoar; poner en movimiento; crear; formar; enfocar; introducir; encaminarse-
establecer werkwoord
-
iniciar werkwoord
-
acondicionar werkwoord
-
implantar werkwoord
-
fundar werkwoord
-
instalar werkwoord
-
poner en marcha werkwoord
-
incoar werkwoord
-
poner en movimiento werkwoord
-
crear werkwoord
-
formar werkwoord
-
enfocar werkwoord
-
introducir werkwoord
-
encaminarse werkwoord
-
-
starta (upprätta; inrätta)
erigir; establecer; erguir; incorporar-
erigir werkwoord
-
establecer werkwoord
-
erguir werkwoord
-
incorporar werkwoord
-
-
starta
inicializar-
inicializar werkwoord
-
Conjugations for starta:
presens
- startar
- startar
- startar
- startar
- startar
- startar
imperfekt
- startade
- startade
- startade
- startade
- startade
- startade
framtid 1
- kommer att starta
- kommer att starta
- kommer att starta
- kommer att starta
- kommer att starta
- kommer att starta
framtid 2
- skall starta
- skall starta
- skall starta
- skall starta
- skall starta
- skall starta
conditional
- skulle starta
- skulle starta
- skulle starta
- skulle starta
- skulle starta
- skulle starta
perfekt particip
- har startat
- har startat
- har startat
- har startat
- har startat
- har startat
imperfekt particip
- hade startat
- hade startat
- hade startat
- hade startat
- hade startat
- hade startat
blandad
- starta!
- starta!
- startad
- startande
1. jag, 2. du/ni, 3. han/hon/den/det, 4. vi, 5. ni, 6. de
Vertaal Matrix voor starta:
Synoniemen voor "starta":
Wiktionary: starta
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• starta | → arreglárselas | ↔ bootstrap — to help (oneself) without the aid of others |
Starta:
-
Starta
Vertaal Matrix voor Starta:
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Selector de tareas | Starta |
Computer vertaling door derden: