Overzicht
Zweeds naar Frans:   Meer gegevens...
  1. ficka:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor ficka (Zweeds) in het Frans

ficka:

ficka [-en] zelfstandig naamwoord

  1. ficka
    la poche; la poche de pantalon; la poche sans rabat
  2. ficka
    la poche; la sacoche
    • poche [la ~] zelfstandig naamwoord
    • sacoche [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ficka:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
poche ficka jack ficka
poche de pantalon ficka
poche sans rabat ficka byxficka; inskuren ficka; snedficka
sacoche ficka axelremsväska; börs; handväska; liten väska; portmonnä

Synoniemen voor "ficka":

  • lomma

Wiktionary: ficka

ficka
noun
  1. région|Sud-Ouest de la France, Saint-Pierre-et-Miquelon sac (souvent plastique comme ceux des supermarchés).

Cross Translation:
FromToVia
ficka poche Tasche — Aufbewahrungsort von Gegenständen in der Kleidung, auf- oder eingenäht
ficka poche zak — een plek in kleding waarin kleine spullen kunnen worden meegedragen
ficka poche pocket — bag stitched to an item of clothing
ficka de poche pocket — of a size suitable for putting into a pocket

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van ficka