Arm: vertaling Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Frans: Meer gegevens...

arm:
- malheureux; pauvre diable; pauvre type
armé:
- armée; forces militaires; forces armées; force militaire; force armée; armée de terre
ärm:
- manche; manchon
Wiktionary:
- arm → bras
- arm → malheureux, pauvre
- arm → bras
- armé → armée
- armé → armée
- ärm → manche
- ärm → manche

Frans naar Zweeds: Meer gegevens...

armé:
- förberett; redo; beredd; berett; beväpnad; beväpnat
Wiktionary:
- armé → beväpnad

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor arm (Zweeds) in het Frans

arm:

arm [-en] zelfstandig naamwoord

arm (olycklig; vrak)
le malheureux; le pauvre diable; le pauvre type
- malheureux [le ~] zelfstandig naamwoord
- pauvre diable [le ~] zelfstandig naamwoord
- pauvre type [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor arm:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
malheureux	arm; olycklig; vrak	stackare; stackars jäkel !; stackars liten; stackars liten !
pauvre diable	arm; olycklig; vrak	dumbomm; dumskalle; dåre; fuskare; idiot; klåpare; stackare; stackars jäkel !; stackars liten; stackars liten !; trögis
pauvre type	arm; olycklig; vrak	fuskare; klåpare; stackare; stackars jäkel !; stackars liten; stackars liten !
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
malheureux		eländigt; erbarmlig; erbarmligt; förbaskad; förbaskat; katastrofalt; olycklig; olyckligt; usel; uselt; ynkligt; ömklig; ömkligt

Synoniemen voor "arm":

påver; fattig

Wiktionary: arm

arm

noun

Membre
- bras → arm

adjective

Qui porte malheur, qui annonce ou qui cause du malheur. (Sens général)
- malheureux → arm; fattig; olycklig
Qui est dans la pauvreté ; qui ne dispose pas de ressources suffisantes.
- pauvre → arm

Cross Translation:

From	To	Via
• arm	→ bras	↔ arm — portion of the upper appendage from shoulder to wrist
• arm	→ bras	↔ arm — lichaamsdeel
• arm	→ bras	↔ Arm — (meist technisch oder übertragen): Bauteil oder Bestandteile, die in der Form einem Arm ähneln
• arm	→ bras	↔ Arm — Anatomie: ein paariges Körperteil beim Menschen, das sich zwischen Rumpf und Hand befindet; Vorderextremität

armé:

armé [-en] zelfstandig naamwoord

armé (beväpnade styrkor; styrka)
l'armée; la forces militaires; la forces armées; la force militaire; la force armée
- armée [la ~] zelfstandig naamwoord
- forces militaires [la ~] zelfstandig naamwoord
- forces armées [la ~] zelfstandig naamwoord
- force militaire [la ~] zelfstandig naamwoord
- force armée [la ~] zelfstandig naamwoord
armé (marktrupper)
l'armée de terre
- armée de terre [la ~] zelfstandig naamwoord
armé
l'armée
- armée [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor armé:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
armée	armé; beväpnade styrkor; styrka	försvarsmakt
armée de terre	armé; marktrupper	markstridskrafter; marktrupper
force armée	armé; beväpnade styrkor; styrka	stridsmakt
force militaire	armé; beväpnade styrkor; styrka	militären
forces armées	armé; beväpnade styrkor; styrka	stridskrafter; stridsmakt
forces militaires	armé; beväpnade styrkor; styrka	stridskrafter

Synoniemen voor "armé":

här

Wiktionary: armé

armé

noun

ensemble structuré de soldats
- armée → armé; här

Cross Translation:

From	To	Via
• armé	→ armée	↔ army — military force concerned mainly with ground operations
• armé	→ armée	↔ Heer — Gesamtheit der Landstreitkräfte eines Staates
• armé	→ armée	↔ Armee — ursprünglich: bewaffnete Landmacht, Heer, Heeresabteilung

ärm:

ärm [-en] zelfstandig naamwoord

ärm
la manche; le manchon
- manche [la ~] zelfstandig naamwoord
- manchon [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ärm:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
manche	ärm	bana; färd; handtag; heat; omgång; parti; rond; set; skaft; spel; sträcka; väg; öra
manchon	ärm	hylsa; hållare; lampsockel; tampong; veke

Wiktionary: ärm

ärm

noun

vête|fr Partie du vêtement, de forme et de dimension variable, dans laquelle on passe le bras et qui le recouvre en totalité ou en partie.
- manche → ärm; vindstrut; Engelska kanalen; period; set

Cross Translation:

From	To	Via
• ärm	→ manche	↔ mouw — dat deel van een kledingstuk dat de armen omvat
• ärm	→ manche	↔ sleeve — part of a garment that covers the arm
• ärm	→ manche	↔ Ärmel — der Teil eines Kleidungsstücks, der den Arm bedeckt

Verwante vertalingen van arm

Frans

Uitgebreide vertaling voor arm (Frans) in het Zweeds

armé:

armé bijvoeglijk naamwoord

armé (préparé)
förberett; redo; beredd; berett
- förberett bijvoeglijk naamwoord
- redo bijvoeglijk naamwoord
- beredd bijvoeglijk naamwoord
- berett bijvoeglijk naamwoord
armé
beväpnad; beväpnat
- beväpnad bijvoeglijk naamwoord
- beväpnat bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor armé:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
beredd		bienveillance; bonne volonté; promptitude
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
beredd	armé; préparé
berett	armé; préparé	complaisant; disposé; obligeant; serviable
beväpnad	armé
beväpnat	armé
förberett	armé; préparé	prêt à cuire
redo	armé; préparé

Synoniemen voor "armé":

fortifié; équipé; gréé; protégé; fourni; approvisionné; garni; livré; muni; nanti; pourvu; servi

Wiktionary: armé

Cross Translation:

From	To	Via
• armé	→ beväpnad	↔ bewaffnet — mit einer Waffe ausgerüstet

Zweedse en Franse zoekresultaten voor: arm

Uitgebreide vertaling voor arm (Zweeds) in het Frans

arm:

arm [-en] zelfstandig naamwoord

arm (olycklig; vrak)

Vertaal Matrix voor arm:

Synoniemen voor "arm":

Wiktionary: arm

armé:

armé [-en] zelfstandig naamwoord

armé (beväpnade styrkor; styrka)

armé (marktrupper)

armé

Vertaal Matrix voor armé:

Synoniemen voor "armé":

Wiktionary: armé

ärm:

ärm [-en] zelfstandig naamwoord

ärm

Vertaal Matrix voor ärm:

Wiktionary: ärm

Verwante vertalingen van arm

Uitgebreide vertaling voor arm (Frans) in het Zweeds

armé:

armé bijvoeglijk naamwoord

armé (préparé)

armé

Vertaal Matrix voor armé:

Synoniemen voor "armé":

Wiktionary: armé