Overzicht
Zweeds naar Frans:   Meer gegevens...
  1. dock:
  2. Wiktionary:
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. dock:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor dock (Zweeds) in het Frans

dock:

dock bijvoeglijk naamwoord

  1. dock (emellertid)
    pourtant; néanmoins; mais; cependant

Vertaal Matrix voor dock:

OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
cependant men; ändock
mais men; ändock
pourtant men; ändock
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cependant dock; emellertid hur som helst; icke dess mindre; med; naturligtvis; samtidigt; trots; utan hinder av; ändå
mais dock; emellertid ändå
néanmoins dock; emellertid hur som helst; icke dess mindre; med; trots; utan hinder av; ändå
pourtant dock; emellertid med; naturligtvis; ändå

Synoniemen voor "dock":


Wiktionary: dock

dock
Cross Translation:
FromToVia
dock mais abereinen Gegensatz ausdrückend: jedoch, dagegen
dock toutefois allerdingsunbetont: Kennzeichnung eines Widerspruches oder Einwandes
dock toutefois freilichindessen; jedoch
dock cependant indesGegensatz ausdrückend: jedoch, hingegen, aber, allerdings, unabhängig davon, trotz dessen, trotzdem, indessen
dock cependant; pourtant; néanmois jedochentgegensetzende Konjunktion, das Entgegenstehende einschränkend



Frans

Uitgebreide vertaling voor dock (Frans) in het Zweeds

dock:

dock [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le dock
    docka; skeppsdocka; hamnbassäng
  2. le dock (chantier naval; chantier de construction)
    varv
    • varv [-ett] zelfstandig naamwoord
  3. le dock (silo; magasin à blé; engreneur)
    silo
    • silo [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor dock:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
docka dock guignol; mannequin; marionnette; poupée
hamnbassäng dock banc d'infamie; banc des accusés; box des accusés
silo dock; engreneur; magasin à blé; silo silo
skeppsdocka dock banc d'infamie; banc des accusés; box des accusés
varv chantier de construction; chantier naval; dock commutation; connexion; couplage; enchaînement
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
docka accueillir; ancrer

Synoniemen voor "dock":


Wiktionary: dock


Cross Translation:
FromToVia
dock docka; skeppsdocka DockSchiffbau: gemauertes Becken oder schwimmender Hohlkörper aus Stahl zur Trockenlegung von Schiffen, an denen Außenarbeiten erforderlich sind

Verwante vertalingen van dock