Zweeds

Uitgebreide vertaling voor fel (Zweeds) in het Nederlands

fel:

fel [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. fel
    de wanprestatie
  2. fel
    het gebrek; de fout; de feil
    • gebrek [het ~] zelfstandig naamwoord
    • fout [de ~] zelfstandig naamwoord
    • feil [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. fel
    de fout
    • fout [de ~] zelfstandig naamwoord
  4. fel
    de bug
    • bug [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  5. fel (misstag; synd)
    de fout; de vergissing; de misgreep; de dwaling; de misslag; het abuis
    • fout [de ~] zelfstandig naamwoord
    • vergissing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • misgreep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • dwaling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • misslag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • abuis [het ~] zelfstandig naamwoord
  6. fel (defekter; skavanker)
    de gebreken; de fouten; de mankementen; de ongemakken
    • gebreken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • fouten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • mankementen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • ongemakken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  7. fel (trasigt)
    de fout; de onjuistheid; de feil; incorrectheid
  8. fel (maskindefekt; defekt)
    het defect; machinedefect; de fout; het gebrek; het mankement; het euvel
    • defect [het ~] zelfstandig naamwoord
    • machinedefect [znw.] zelfstandig naamwoord
    • fout [de ~] zelfstandig naamwoord
    • gebrek [het ~] zelfstandig naamwoord
    • mankement [het ~] zelfstandig naamwoord
    • euvel [het ~] zelfstandig naamwoord
  9. fel (skuld)
    de blaam
    • blaam [de ~] zelfstandig naamwoord
  10. fel (misstag; blunder)
    de fout; de misstap
    • fout [de ~] zelfstandig naamwoord
    • misstap [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  11. fel (defekt)
    de onvolkomenheid; het mankement; het euvel
  12. fel (orätt)
    het ongelijk; het onrecht
    • ongelijk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • onrecht [het ~] zelfstandig naamwoord
  13. fel (brist)
    de ontstentenis

fel bijvoeglijk naamwoord

  1. fel
    verkeerd; foutief; ten onrechte; fout; onjuist; ernaast; onwaar; mis
  2. fel (misstagen; misstaget; felaktigt; falskt; missriktad)
    doorelkaar; in de war
  3. fel (felaktigt; felt)
    abusief

Vertaal Matrix voor fel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abuis fel; misstag; synd
blaam fel; skuld
bug fel bugg
defect defekt; fel; maskindefekt
dwaling fel; misstag; synd förirrande; irrande; strövande
euvel defekt; fel; maskindefekt
feil fel; trasigt
fout blunder; defekt; fel; maskindefekt; misstag; synd; trasigt Error; bkunder; bugg; felsteg; miss; misstag
fouten defekter; fel; skavanker oriktighet
gebrek defekt; fel; maskindefekt avsaknad; brist; bräcka; elände; fattigdom; handikapp; knapphet; spricka
gebreken defekter; fel; skavanker
incorrectheid fel; trasigt
machinedefect defekt; fel; maskindefekt
mankement defekt; fel; maskindefekt
mankementen defekter; fel; skavanker
mis gudstjänst
misgreep fel; misstag; synd bkunder; felsteg; miss; misstag; skrik
misslag fel; misstag; synd besvikelse; bkunder; felsteg; miss; misstag
misstap blunder; fel; misstag bkunder; felsteg; miss; misstag
ongelijk fel; orätt
ongemakken defekter; fel; skavanker besvärlighet; obehag; obekvämhet; otrevnad
onjuistheid fel; trasigt
onrecht fel; orätt ojämlikhet; orätt; orättfärdighet; orättvisa
ontstentenis brist; fel
onvolkomenheid defekt; fel
vergissing fel; misstag; synd bkunder; felsteg; miss; misstag
wanprestatie fel
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abuis felaktig; felaktigt
abusief fel; felaktigt; felt
defect funkar ej; i bitar; kaputt; krossad; krossat; sönder; trasigt
fout fel
foutief fel
mis fel
onjuist fel
onwaar fel falsk; falskt
verkeerd fel felaktig; fräckt; med orätt; oanständigt; ofördelaktigt; olycklig; olyckligt; opassande; taktlös; taktlöst; tvärtom
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ernaast fel bredvid; vid sidan om
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
doorelkaar falskt; fel; felaktigt; missriktad; misstagen; misstaget
in de war falskt; fel; felaktigt; missriktad; misstagen; misstaget desorienterad; förbryllad; förbryllat; förvirrat; i oreda; konfys; konfyst; virrigt
ten onrechte fel falskt; felaktig; med orätt

Synoniemen voor "fel":


Wiktionary: fel

fel
noun
  1. vergissing, onjuistheid

Cross Translation:
FromToVia
fel onjuistheid; vergissing; fout error — mistake
fel vergissing; blunder; misverstand; fout; onjuistheid mistake — an error (1)
fel fout; verkeerd; onjuist; mis wrong — incorrect
fel slecht; fout; verkeerd wrong — immoral
fel slecht; fout; verkeerd wrong — improper
fel fout; verkeerd; mis wrong — not working
fel fout; foutief; verkeerd; onjuist wrong — done incorrectly
fel misstand; wantoestand; onrechtmatige daad wrong — something immoral
fel verkeerde; kwaad; onrecht wrong — opposite of right
fel fout Irrtum — unabsichtlich falsche Annahme
fel defect Mangeloft im Plural: Fehler, Unvollkommenheit bei einer Sache
fel verkeerd; fout falsch — unrichtig (durch Irrtum oder Unwissenheit), tatsächlich anders

Verwante vertalingen van fel



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor fel (Nederlands) in het Zweeds

fel:

fel bijvoeglijk naamwoord

  1. fel (hevig; heftig; krachtig; erg)
    kraftig; våldsamt; hård; häftigt; kraftigt; hårt
  2. fel (hevig; heftig; verwoed)
    vilt; häftigt; ilsken; häftig; ilsket; vildsint; folkilskt
  3. fel (brandend; vurig; warm; )
    lysande; brännande
  4. fel (bijtend; gemeen; scherp; doordringend)
    skärande
  5. fel (vinnig; scherp; vlijmend; )
    skarpt; spetsigt; skarp

Vertaal Matrix voor fel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skärande geknars; geknerp; gesnoei
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
vilt flink
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brännande brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm brandend; verhit; vlammend; vurig
folkilskt fel; heftig; hevig; verwoed
häftig fel; heftig; hevig; verwoed felle; ferm; flink; fysiek sterk; gaaf; heftig; hevig; krachtig; mieters; onmatig; pittig; schitterend; sterk; stevig; straf; tof
häftigt erg; fel; heftig; hevig; krachtig; verwoed felle; ferm; flink; fysiek sterk; gaaf; heftig; hevig; intens; krachtig; mieters; onmatig; pittig; schitterend; sterk; stevig; straf; tof
hård erg; fel; heftig; hevig; krachtig bikkelhard; hard; hardhandig; hardvochtig; ijzerhard; keihard; onbarmhartig; ongenadig; onzacht; ruw; staalhard; steenhard
hårt erg; fel; heftig; hevig; krachtig emotieloos; gestreng; gevoelloos; hard; hardhandig; hardvochtig; harteloos; liefdeloos; niet toegevend; onbarmhartig; ongenadig; ongevoelig; onzacht; pittig; ruw; straf; streng; zielloos
ilsken fel; heftig; hevig; verwoed boos; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; verbolgen; vertoornd
ilsket fel; heftig; hevig; verwoed boos; dol; furieus; gebelgd; giftig; hels; kwaad; laaiend; nijdig; razend; tierend; verbolgen; vertoornd; woedend; woest
kraftig erg; fel; heftig; hevig; krachtig doortastend; drastisch; ferm; forse; grof; grofgebouwd; krachtdadig; krachtig; levenskrachtig; lomp; massief; niet hol; ruw; vitaal
kraftigt erg; fel; heftig; hevig; krachtig corpulent; dik; doortastend; drastisch; ferm; flink; fors; forse; fysiek sterk; gezet; grof; grofgebouwd; heftig; hevig; intens; klemmend; krachtdadig; krachtig; levenskrachtig; lijvig; lomp; massief; met een krachtige uitwerking; met klem; met nadruk; nadrukkelijk; niet hol; omvangrijk; potig; robuust; ruw; sterk; stevig; struis; uitdrukkelijk; vitaal; volumineus; zwaar; zwaargebouwd; zwaarlijvig
lysande brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm briljant; doorluchtige; fenomenaal; geniaal; lichtgevend; lumineus
skarp fel; hanig; pinnig; scherp; snibbig; vinnig; vlijmend bijdehand; heet; kien; messcherp; met een scherp oog; nauwlettend; pienter; pikant; pittig; puntig; scherp; scherp gepunt; scherpgerand; scherpklinkend; slim; smaak prikkelend; spits; uitgekookt
skarpt fel; hanig; pinnig; scherp; snibbig; vinnig; vlijmend bijdehand; gehaaid; gescherpt; gevat; gewiekst; hard; hoog; kien; messcherp; met een scherp oog; nauwlettend; pienter; pikant; puntig; schel; scherp; scherp gepunt; scherpgerand; scherpklinkend; schril; slim; snedig; snerpend; spits; uitgekookt; uitgeslapen; verlekkerd
skärande bijtend; doordringend; fel; gemeen; scherp op afgebeten toon; puntig; scherp gepunt; schril; snijdend
spetsigt fel; hanig; pinnig; scherp; snibbig; vinnig; vlijmend puntig; scherp; scherp gepunt; spits
vildsint fel; heftig; hevig; verwoed
vilt fel; heftig; hevig; verwoed bot; felle; lomp; onbehouwen; onbeschaafd; onopgevoed; wild
våldsamt erg; fel; heftig; hevig; krachtig aanrandend; agressief; felle; gewelddadig; hard; hardhandig; heftig; hevig; intens; onzacht; ruw

Verwante woorden van "fel":


Antoniemen van "fel":


Verwante definities voor "fel":

  1. hevig en sterk1
    • vanwege de felle kou bleven we thuis1
  2. opvallend1
    • hij draagt altijd felle kleuren1
  3. vurig, hartstochtelijk, krachtig1
    • dat is een felle vrouw1

Wiktionary: fel


Cross Translation:
FromToVia
fel ljus bright — visually dazzling, luminous, radiant
fel stark; häftig; intensiv heftigadjektivisch und adverbial: kräftig, mächtig, stark, gewaltig, ungestüm; aufbrausend, zornig, wütend, jähzornig, leidenschaftlich, ungeduldig; erbittert, gefühlsbetont, emphatisch, nicht maßvoll, heftiglich
fel starkt; häftigt; intensivt heftigadverbial: sehr, tüchtig, deftig, doll; heftiglich, heftiglichen, arg
fel bitter; kräv acerbe — Qui est d’un goût âpre, se dit d’un vin acide, dur et âpre
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp aigre — Qui a une saveur acide et amère provoquant un sentiment désagréable.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp aigu — Qui a un aspect pointu, tranchant, voire déchirer.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp coupant — Qui couper.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp cuisant — Qui produire une douleur âpre et aiguë.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp; subtil; spirituell findélié, menu, mince ou étroit.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp incisif — Qui couper ou qui est propre à couper.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp mordant — didact|fr Qui mordre.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp perçant — Qui percer, qui pénétrer.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp piquant — Qui piquer.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp pointu — Qui se termine en pointe
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp pénétrant — Qui pénétrer.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp; anmärkningsvärd; märklig; märkvärdig saillant — Qui avancer, qui sortir en dehors.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp; livaktig; livlig vif — Qui est en vie.
fel bitter; skarp âcre — Qui a quelque chose de piquant et d’irritant.
fel amper; egg; gräll; gäll; skarp âpre — Qui, par sa rudesse ou son âcreté, produit une sensation désagréable aux organes du toucher, de l’ouïe ou du goût.

Verwante vertalingen van fel