Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. pension:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. pension:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor pension (Zweeds) in het Nederlands

pension:

pension [-en] zelfstandig naamwoord

  1. pension
    het pensioen
    • pensioen [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. pension (ålderspension)
    het ouderdomspensioen
  3. pension (ålderspension)
    a.o.w.-uitkering

Vertaal Matrix voor pension:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
a.o.w.-uitkering pension; ålderspension
ouderdomspensioen pension; ålderspension
pensioen pension

Synoniemen voor "pension":

  • ldrebidrag

Wiktionary: pension


Cross Translation:
FromToVia
pension pensioen Rente — Altersruhegeld für Arbeiter und Angestellte
pension kosthuis; pension pensionnatétablissement particulier où l’on prend en pension des enfants de l’un ou de l’autre sexe pour les instruire.
pension pensioen retraite — Pension perçue après s’être retiré de la vie active

Verwante vertalingen van pension



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pension (Nederlands) in het Zweeds

pension:

pension [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het pension
    pensionat; inackorderingsställe

Vertaal Matrix voor pension:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inackorderingsställe pension
pensionat pension kosthuis

Verwante woorden van "pension":

  • pensions

Wiktionary: pension


Cross Translation:
FromToVia
pension pension pensionnatétablissement particulier où l’on prend en pension des enfants de l’un ou de l’autre sexe pour les instruire.