Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. direkt:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor direkt (Zweeds) in het Nederlands

direkt:

direkt bijvoeglijk naamwoord

  1. direkt (rakt; omedelbar)
    directe
  2. direkt (nu)
    onverwijld
  3. direkt
    vers van de pers; heet van de naald

Vertaal Matrix voor direkt:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
onverwijld direkt; nu
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
directe direkt; omedelbar; rakt
heet van de naald direkt
vers van de pers direkt

Synoniemen voor "direkt":


Wiktionary: direkt


Cross Translation:
FromToVia
direkt direct; meteen; ineens; dadelijk at once — immediately
direkt rechtstreeks; direct directly — in a direct manner

Verwante vertalingen van direkt