Lektion in het Nederlands vertaald uit het Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

lektion:
- les; lesuur; cursus; onderwijs; onderrichting; onderricht; instructie; lering
Wiktionary:
- lektion → les

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor lektion (Zweeds) in het Nederlands

lektion (timme)
de les; het lesuur
- les [de ~] zelfstandig naamwoord
- lesuur [het ~] zelfstandig naamwoord
lektion (instruction; kurs; lärande)
de cursus; het onderwijs; de les; onderrichting; het onderricht
- cursus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- onderwijs [het ~] zelfstandig naamwoord
- les [de ~] zelfstandig naamwoord
- onderrichting [znw.] zelfstandig naamwoord
- onderricht [het ~] zelfstandig naamwoord
lektion (undervisning; läxa)
het onderwijs; de les; de instructie; de lering; onderrichting; het onderricht
- onderwijs [het ~] zelfstandig naamwoord
- les [de ~] zelfstandig naamwoord
- instructie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- lering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- onderrichting [znw.] zelfstandig naamwoord
- onderricht [het ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
cursus	instruction; kurs; lektion; lärande	kurs; studie
instructie	lektion; läxa; undervisning	anvisning; briefing; föreskrift; förklaring; instruktion; undervisning; åtgärdssats
lering	lektion; läxa; undervisning	dogm; läsart; religiös doktrin; reprimand; troslära; version
les	instruction; kurs; lektion; lärande; läxa; timme; undervisning
lesuur	lektion; timme
onderricht	instruction; kurs; lektion; lärande; läxa; undervisning
onderrichting	instruction; kurs; lektion; lärande; läxa; undervisning
onderwijs	instruction; kurs; lektion; lärande; läxa; undervisning	uppfostran; utbildning; utbildningsväsen

Cross Translation:

From	To	Via
• lektion	→ les	↔ lesson — section of learning or teaching
• lektion	→ les	↔ leçon — éduc\|fr enseignement que l’on donne, ordinairement dans une classe et du haut d’une chaire, à ceux qui vouloir apprendre quelque science, quelque langue.