Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. omgivning:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor omgivning (Zweeds) in het Nederlands

omgivning:

omgivning [-en] zelfstandig naamwoord

  1. omgivning (miljö)
    de omgeving; omstreek; de omtrek
    • omgeving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • omstreek [znw.] zelfstandig naamwoord
    • omtrek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. omgivning (miljö)
    het leefmilieu; het milieu; de leefomgeving
  3. omgivning (närområde)
    de omwonende

Vertaal Matrix voor omgivning:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
leefmilieu miljö; omgivning livsklimat; livsmiljö; miljö; omvärld
leefomgeving miljö; omgivning
milieu miljö; omgivning
omgeving miljö; omgivning miljö
omstreek miljö; omgivning
omtrek miljö; omgivning kontur; ytterlinje
omwonende närområde; omgivning

Synoniemen voor "omgivning":


Wiktionary: omgivning


Cross Translation:
FromToVia
omgivning omgeving environment — area around something

Verwante vertalingen van omgivning