Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Nederlands ->Vertaal pressa

Vertaal pressa van Zweeds naar Nederlands

Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. pressa:

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor pressa (Zweeds) in het Nederlands

pressa:

pressa werkwoord (pressar, pressade, pressat)

  1. pressa (trycka; trycka fast)
    aandrukken; vastdrukken
    • aandrukken werkwoord (druk aan, drukt aan, drukte aan, drukten aan, aangedrukt)
    • vastdrukken werkwoord (druk vast, drukt vast, drukte vast, drukten vast, vastgedrukt)
  2. pressa (knuffa; stöta; skjuta; puffa)
    duwen; dringen
    • duwen werkwoord (duw, duwt, duwde, duwden, geduwd)
    • dringen werkwoord (dring, dringt, drong, drongen, gedrongen)
  3. pressa (trycka)
    oppersen
    • oppersen werkwoord (pers op, perst op, perste op, persten op, opgeperst)
  4. pressa (krama; klämma; nypa)
    knellen; strak zitten
    • knellen werkwoord (knel, knelt, knelde, knelden, gekneld)
    • strak zitten werkwoord (zit strak, zat strak, zaten strak, strak gezeten)
  5. pressa (klämma; krama; trycka hårt)
    dichtknijpen
    • dichtknijpen werkwoord (knijp dicht, knijpt dicht, kneep dicht, knepen dicht, dichtgeknepen)
  6. pressa (stryka)
    strijken; gladstrijken
    • strijken werkwoord (strijk, strijkt, streek, streken, gestreken)
    • gladstrijken werkwoord (strijk glad, strijkt glad, strijkte glad, strijkten glad, gladgestreken)
  7. pressa (locka att ta värvning)
    ronselen
    • ronselen werkwoord (ronsel, ronselt, ronselde, ronselden, geronseld)
  8. pressa (trycka hårt; krama ur)
    persen; leegknijpen; uitpersen
    • persen werkwoord (pers, perst, perste, persten, geperst)
    • leegknijpen werkwoord
    • uitpersen werkwoord (pers uit, perst uit, perste uit, persten uit, uitgeperst)

Conjugations for pressa:

presens
  1. pressar
  2. pressar
  3. pressar
  4. pressar
  5. pressar
  6. pressar
imperfekt
  1. pressade
  2. pressade
  3. pressade
  4. pressade
  5. pressade
  6. pressade
framtid 1
  1. kommer att pressa
  2. kommer att pressa
  3. kommer att pressa
  4. kommer att pressa
  5. kommer att pressa
  6. kommer att pressa
framtid 2
  1. skall pressa
  2. skall pressa
  3. skall pressa
  4. skall pressa
  5. skall pressa
  6. skall pressa
conditional
  1. skulle pressa
  2. skulle pressa
  3. skulle pressa
  4. skulle pressa
  5. skulle pressa
  6. skulle pressa
perfekt particip
  1. har pressat
  2. har pressat
  3. har pressat
  4. har pressat
  5. har pressat
  6. har pressat
imperfekt particip
  1. hade pressat
  2. hade pressat
  3. hade pressat
  4. hade pressat
  5. hade pressat
  6. hade pressat
blandad
  1. pressa!
  3. pressa!
  5. pressad
  6. pressande
1. jag, 2. du/ni, 3. han/hon/den/det, 4. vi, 5. ni, 6. de

Vertaal Matrix voor pressa:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
duwen bankande; bultande; stötande
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aandrukken pressa; trycka; trycka fast
dichtknijpen klämma; krama; pressa; trycka hårt
dringen knuffa; pressa; puffa; skjuta; stöta
duwen knuffa; pressa; puffa; skjuta; stöta flytta upp; fösa framåt; knuffa vidare; trycka framåt; tränga framåt
gladstrijken pressa; stryka
knellen klämma; krama; nypa; pressa gripa om; hålla fast; hålla i; klämma; krama; nypa; spänna fast
leegknijpen krama ur; pressa; trycka hårt pressa ut; trycka ut
oppersen pressa; trycka
persen krama ur; pressa; trycka hårt klämma; trycka
ronselen locka att ta värvning; pressa rekrytera
strak zitten klämma; krama; nypa; pressa
strijken pressa; stryka
uitpersen krama ur; pressa; trycka hårt fisk; plundra; rensa; tömma; tömma på allt
vastdrukken pressa; trycka; trycka fast

Synoniemen voor "pressa":


Verwante vertalingen van pressa







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0315 seconde
Page rendered in 1.0 seconds