Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Nederlands ->Vertaal söndag

Vertaal söndag van Zweeds naar Nederlands

Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. söndag:
  2. Wiktionary:

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor söndag (Zweeds) in het Nederlands

söndag:

söndag [-en] zelfstandig naamwoord

  1. söndag
    de zondag
    • zondag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor söndag:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zondag söndag

Wiktionary: söndag

söndag
noun
  1. een dag van de week die na zaterdag en voor maandag komt
Cross Translation:
FromToVia
• söndag → zondag ↔ Sunday — day of the week
• söndag → zondag ↔ Sonntag — Wochentag zwischen Samstag und Montag
• söndag → zondag ↔ dimanche — septièmeréf jour de la semaine. Suit le samedi et précède le lundi.

Verwante vertalingen van söndag







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0178 seconde
Page rendered in 1.0 seconds