Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. sann:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor sann (Zweeds) in het Nederlands

sann:

sann bijvoeglijk naamwoord

  1. sann (genuin; oförfalskat; verkligt)
    onvervalst; echt
  2. sann (uppriktig; sant; ärligt; uppriktigt)
    gemeend

Vertaal Matrix voor sann:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
echt giftemål
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
echt genuin; oförfalskat; sann; verkligt genuin; i själ och hjärta; riktig; säkerligen; säkert; uppriktig; verklig; äkta
gemeend sann; sant; uppriktig; uppriktigt; ärligt
onvervalst genuin; oförfalskat; sann; verkligt

Synoniemen voor "sann":


Wiktionary: sann


Cross Translation:
FromToVia
sann echt; waar real — that can be characterized as a confirmation of truth
sann echt; waar true — concurring with a given set of facts
sann waar true — A state in Boolean logic that indicates an affirmative or positive result
sann trouw true — Loyal, faithful
sann waar true — Legitimate
sann echt; uiterst very — true, truly
sann waar; echt; eigenlijk; heus; waarachtig; gegrond; gelijk hebbend; juist vrai — Qui est conforme à la vérité, à ce qui est réellement.