Engels
Uitgebreide synoniemen voor achievable in het Engels
achievable:
-
achievable
feasible; realizable; achievable; attainable; within reach-
feasible bijvoeglijk naamwoord
-
realizable bijvoeglijk naamwoord
-
achievable bijvoeglijk naamwoord
-
attainable bijvoeglijk naamwoord
-
within reach bijvoeglijk naamwoord
-
-
achievable
accessible; within reach; achievable; driveable; realizable-
accessible bijvoeglijk naamwoord
-
within reach bijvoeglijk naamwoord
-
achievable bijvoeglijk naamwoord
-
driveable bijvoeglijk naamwoord
-
realizable bijvoeglijk naamwoord
-
-
achievable
– capable of existing or taking place or proving true; possible to do 1doable; manageable; achievable; realizable; accomplishable– capable of existing or taking place or proving true; possible to do 1-
doable bijvoeglijk naamwoord
-
manageable bijvoeglijk naamwoord
-
achievable bijvoeglijk naamwoord
-
realizable bijvoeglijk naamwoord
-
accomplishable bijvoeglijk naamwoord
-
Verwante woorden van "achievable":
Alternatieve synoniemen voor "achievable":
Verwante definities voor "achievable":
achieve:
-
to achieve
-
to achieve
– to gain with effort 1to bring about -
to achieve
– to gain with effort 1
Conjugations for achieve:
present
- achieve
- achieve
- achieves
- achieve
- achieve
- achieve
simple past
- achieved
- achieved
- achieved
- achieved
- achieved
- achieved
present perfect
- have achieved
- have achieved
- has achieved
- have achieved
- have achieved
- have achieved
past continuous
- was achieving
- were achieving
- was achieving
- were achieving
- were achieving
- were achieving
future
- shall achieve
- will achieve
- will achieve
- shall achieve
- will achieve
- will achieve
continuous present
- am achieving
- are achieving
- is achieving
- are achieving
- are achieving
- are achieving
subjunctive
- be achieved
- be achieved
- be achieved
- be achieved
- be achieved
- be achieved
diverse
- achieve!
- let's achieve!
- achieved
- achieving
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
-
achieve
-
achieve